De week van de verwarde verhalen (201)

Vooruitdingesen en terugdingesen op de ikjes en de actuele zaken die er allemaal gebeurd zijn

“Een mooie tijd op een winderige plek”, wenste Pawi me vorige week toe, “waar die vliegende lastpakken wegblijven.” Weet je? De lastpakken blijven nooit weg. Maar da’s het leven. De stekerds weten je te vinden. Probeer ze uit de weg te gaan, is mijn advies, maar als het echt niet anders kan, dan rats, doodslaan. Plat. Flets. Het is niet anders en pure zelfbescherming. Als ze niet hadden gelastpakt waren ze nog in leven.

Een mobiele telefoon noemt ze een “veegdoos”.

Idelette Kruidhof zag vorige week haar ikje in de NRC geplaatst. Ze had er kei haar best op gedaan. Het ging over een oudere dame met “staartjes in”, wier “duim driftig gebarend op en neer ging” langs de kant van de weg. Ja, ik verzin dit niet, maar citeer. Een mobiele telefoon noemt ze een “veegdoos”. Verwarde vrouwen, je komt ze steeds meer tegen.

sjalottentatin
Sjalottentatin van Lummel

Lummel werd nog altijd geplaagd door stakingen in zijn geliefde Frankrijk, kon alleen boodschappen doen in de buurtsuper en moest eten van zijn eigen moestuin. Dat had wel een prachtige sjalottentatin tot gevolg. Zie hier het recept van dit heerlijke vegetaartje. Bertie vond het lekker. Voor mij ziet het eruit als een nat appelgebakje, maar enfin, ik ben dan ook geen kenner van de sjalot.

We misten Mopperkont en Ilona, maar ja, het is dan ook vakantietijd. Ons Mopperkindje meldde zich gelukkig terug na een sabbatical en beloofde dat hij er weer tegenaan zou gaan. Ik hoop vooral op klassieke deuntjes met zangeressen met deinende muzikale boezems, want die zie je niet elke dag.

Photo: (c) Boze koe, A. Dapie 2015

Wisten jullie trouwens dat het eerste intro op 6 januari 2014 verscheen, en dit al weer de 201e (spreek uit: tweehonderdeerste) is? Ja, die heb je gemist ja, dat was vorige week. De wat? De tweehonderdste (200e). Op de link.

Ene Greet Duinker, een vrouw van 87 die nog kan schrijven, was bezig haar Ford Ka te parkeren, maar wordt afgetroefd door een man van rond de dertig. Even later wordt ze de straat overgeholpen door een andere dertiger, ditmaal met een baard en een paraplu. Ja, ook dit verzin ik niet. Dit was het ikje. Het was kennelijk de week van de verwarde verhalen. Maar Pawi was weer mild: “Het is een mooi verhaaltje vandaag, geen zelfspot, wel geduldige observaties (…) Dat een baardmans niet per se eenzelvig of onvriendelijk is, en zelfs behulpzaam, dat mag in de krant.”

Klare taal vond het zelfs een “bijzonder ikje” en sprak de hoop uit dat Greet er nog veel zal inzenden en dat wij er dan nog veel meningen op los zullen laten.

Gekunstelder, gewrongener, vergezochterder en verkrampter kunnen ze niet worden.

Een paar ikjes verder, ja, ik ga ze niet allemaal bespreken, kwam er eentje van Hermieke Kuiper. Ze was aan het repeteren met het koor en er klonk de onvermijdelijke ringtoon van een telefoon. Nou, en dat herinnerde haar aan Femke Halsema die burgemeester was geworden, iets wat in 1862, toen het liedje dat ze net aan het zingen waren was gecomponeerd niet mogelijk was. Inderdaad, gekunstelder, gewrongener, vergezochterder en verkrampter kunnen ze niet worden.

“Een zwaar geval van ´capilotracté’ vond Lummel. “Er aan de haren bijgesleurde pointe. Deze scoort heel hoog op het slechtste ikjeooit register.” Een oordeel waar onze ouwe bekende trol die zich ineens met een gewrongen “In De Vrolijke Groet” pseudo tooide het mee eens was. Fijn om te weten.

De allerslechtste ik ooit was die van Jelle Holtzapffel over de herdenkingsdienst aan een plots overleden “middelbareschoolvriend” waarheen hij op weg was met een roos in zijn knuistje geklemd. Een tokkie op de stoep van een “begeleid wonen complex” met een slok teveel op wordt sentimenteel en vraagt zich af “terwijl de tranen in zijn ogen opwellen” waarom we heden ten dage niet meer naar elkander omkijken in deze maatschappij. Ze knuffelen nog wat en hopla, ikje gescoord.

Het commentaar was even afdoende als vakkundig. “Wat een gelul. Met permissie”. En (Lummel): “Dat was dus duidelijk niet zijn eerste biertje. Krokodillentranen van een zatlap.” Het was opnieuw Pawi die ook positieve dingetjes ontdekte. “Hoe langer ik erover nadenk, hoe meer ik het ikje waardeer (…) Even stil peinzen bij een man met tranen in zijn ogen (…) die aan zijn begeleiders is ontsnapt met een biertje.”

Wil jij net als Pawi en de andere reageerders (m/v/t) kans maken om in het volgende intro voor te komen? Met iets leuks? Wil jij ook aardige vondsten debiteren naar aanleiding van ikjes? Wil je gein maken met onbekenden uit het verre buitenland die voor je het weet je vrienden zijn? Misschien wil je een uitnodiging voor een gezellige bijeenkomst van alle auteurs en reageerders op deze site? Of zeg je: doe mij dat maar allemaal?

Je wint een zwaarverguld lepeltje als jouw reactie precies de 100e is.

Doe dan aan deze leuke rubriek hier op deze leuke site mee. Ga eens wat ikjes lezen, die staan ergens verstopt in of op de NRC, die krant die zo van lezersanekdotes zegt te houden. Stuur zelf een ikje in. Of scrol hier naar beneden en zeg iets. Dat mag en kan met een fantasie-emailadres en ook met een nom de plume als je dat wilt. Je wint een zwaarverguld lepeltje als jouw reactie precies de 100e is. Of de 200e, 300e enzovoort tot in het oneindige. Lepeltjes zat.

Voor je het weet kan een citaat van jou, een foto van jou, een wat dan ook van jou, het hoogtepunt van de week worden. Heb je inspiratie nodig? Raadpleeg alle afleveringen van deze rubriek elders op dit blog. Vooral ook een aanrader als je er even tussenuit bent geweest.

Bas van Vuren
Bas van Vuren, aangenaam

Reacties zijn welkom via het reactieveld, maar ook via de email van mijn voorganger apie@apiedapie.com of direkt bij mij zelf: bas.vanvuren@gmail.com.

Het wordt misschien best wel een prettige week. Als je vindt dat het geen prettige week moet worden, voel je dan vrij om elders te gaan buurten. Daar waar er meer zijn zoals jij. Wij doen dan gewoon hier onze eigen dingetjes en jij doet de jouwe daar.

De foto helemaal hierboven – wij vakmensen noemen het de featured image – laat traditiegetrouw een stukje offline leven van mezelf zien van de afgelopen week. Nou, jullie zien het wel. Ik was weer eens een keertje in Frankrijk en wel aan een riviertje met muggen. Man man, wat kunnen die zoemen. Maar ja, dat heb je er voor over, want je bent in Frankrijk aan de oevers van een riviertje met muggen. 

Foto: “Riviertje met muggen” © 2018 Bas van Vuren

Auteur: Bas van Vuren

Schrijver - Rijmer - Kijker - Kent beroemde mensen - Maakt liedjes - Doet iets met #ikjes - Want ja - Je moet toch wat

181 gedachten over “De week van de verwarde verhalen (201)”

  1. Zo, die staat! Lummels moestuin is een goeie vondst!
    Zo direkt het eerste ikje van deze week. Hopelijk lokt het veel commentaar uit.

  2. Eenvoudiger

    Mijn dochter van 10 probeert haar kleine broertje de grondbeginselen van het rekenen bij te brengen. Dat vlot niet erg, vooral aftrekken blijkt een lastig concept. Vanuit de andere kamer adviseer ik haar om eenvoudiger voorbeelden te gebruiken. Haar broertje is immers pas 5. „Okay”, vervolgt ze op luide toon. „Je hebt één vader. Die zet je op marktplaats. Hoeveel heb je er dan over?”

    Gabor Oolthuis

  3. Helder intro. Verre van verward, hooguit een ietsje vliegenrijk. Of muggenrijk. Of wat dan ook.
    Hitte, water en groen staan garant voor alles wat zoemt, steekt en kriebelt.

  4. Dit intro met als motto ‘de week van de verwarde verhalen’ slaat de spijker op de kop.

    De ikjes waren afwisselend van bizar tot onsamenhangend en zelfs pointeloos.
    Het ikje ingezonden door een 87-jarige die van haar parkeerplaats werd beroofd stond op eenzame hoogte.
    Ondanks klinkende namen als Ydelette en Holzapffel bleef de inhoud beneden peil.

  5. Ik heb laatst een computer op onze marktplaats gezet. Hoeveel heb ik er nog over ? Nog net zoveel als er voor. Zut.

  6. Ik zet niets meer op Marktplaats. Ik stootte kopers af, hield altijd evenveel over en kreeg er ergernis over zeurders gratis bij.

  7. “Gratis af te halen, een vader, altijd onder een steen geleefd”

  8. Voor Marktplaats zou “geleeft” beter zijn, daar komen de koopjesjagers op af. Op spelfouten, taalfouten. Daar valt wat te halen, denken ze.

    Overigens vind ik het ikje van Gabor verreweg het leukste ikje van deze week,

  9. 2030

    Kleinzoon Cas zit in de eerste klas van het gymnasium en ik neem het afgelopen schooljaar even met hem door. Zo stel ik de wat obligate vraag welke vakken hij het leukst gevonden heeft en aan welke vakken hij een hekel heeft.

    Hij blijkt niets te moeten hebben van geschiedenis. Op mijn verzoek wil hij dit wel even toelichten. Hij somt een reeks bezwaren op, zoals de docent, het vele huiswerk en de hoeveelheid stof. Maar hij ziet toch wel een lichtpuntje : „Ik ben wel blij dat ik niet in 2030 geboren ben, dan was het allemaal nog veel meer geweest.”

    Hans Scheffer

  10. Als ik mij goed herinner, stopte bij ons op de middelbare school de geschiedenis bij de Tweede Wereldoorlog.

  11. Ja bij ons ook, terwijl het toch al jaren zeventig, tachtig was. Ik heb me tot op hoge leeftijd afgevraagd wat we nou precies in Indonesie hadden gedaan. Bijvoorbeeld. 🙂

  12. Langdradig ikje, was in twee of drie zinnen klaar geweest maar ja, dan zou Hans niet zo uitgebreid zijn obligate belangstelling voor kleinzoons eerste klas van het gymnasium kunnen etaleren.

  13. Het is weer een kinderikje, maar wel vermakelijk.
    Mijn geschiedenisleraar, die mijn vader ook al in de klas heeft gehad, was volkomen uitgeblust en las uitsluitend voor uit geschiedenisboeken, zoals de Kanonnen van Augustus van Barbara Tuchman, geen slecht boek overigens. Het scheelde wel dat geschiedenis geen eindexamenvak was voor beta’s.
    Ik ben me pas op latere leeftijd voor geschiedenis gaan interesseren en met name voor de zeventiende eeuw. Mijn held is Johan de Witt, die weer figureert in het pas verschenen boek ‘Musch’ van Jean Marc van Tol, de tekenaar van Fokke & Sukke.

  14. En we hebben beeld! Lijkt me een aanradertje dat boek.

    Ja, dat heb je weleens, dat mensen je in een hokje willen stoppen. Je bent striptekenaar, dus kun je geen serieuze boeken schrijven. Man man, wat een bekrompenheid. Je bent politicus en je mag geen kinderboeken schrijven. Je bent dit en je mag niet dat. Laat mensen toch bloeien op alle mogelijke wijzen die zij verkiezen. Je kunt bijvoorbeeld best een serieus en deftig en keibelangrijk beroep hebben maar in de avonduren of koffiepauze een blog maken, liedjes schrijven, muziekjes componeren, foto’s maken, een beetje grollen en grappen voor de leut. En gitaarspelen. Denk ik dan althans, gek mannetje dat ik me d’r eentje van jullie ben.

  15. Ja, dat boek wil ik ook.
    Het “wat obligate” zoals Hans Scheffer schrijft, geeft precies weer waar dit ikje zich afspeelt.

    De heren Hok, Van Vuren en Mopperkont weten bewonderenswaardig veel over hun verleden op de middelbare school.

    Geschiedenis werd bij ons gegeven door een wat oudere dame, met een geamputeerde linker onderarm. Nooit heeft ze verteld hoe dat zo kwam. We dachten dat het met de oorlog te maken moest hebben. Ze was altijd goed gekleed (wij zaten in ons kostschool-uniform), het stompje bedekt met een knoop van een zuiver zijden, zuiver wollen, zuiver linnen bloesje. Ze rookte uit een sigarettenpijpje, blies de rook bevallig uit haar met lipstick gekleurde mond. Altijd naar boven, niet over de leerlingen. Wat ze onderwees? O Ja, geschiedenis. Niets van onthouden.

  16. Heerlijke lessen. Geschiedenis was samen met Nederlands, mijn grootste plezier op school. Ik herinner me al mijn leraren en hun verschillende wijzen om geschiedenis te benaderen. Fijne herinneringen

  17. Jammer genoeg was onze geschiedenisleraar in de laatste twee klassen van het gymn. een zeurpiet die veel in zijn neus peuterde en dan het resultaat aan zijn sokken afveegde.
    Hij zat altijd op een katheder en wij kletsten ( meisjesschool) gewoon door.

    Zijn grootste woede was toen ik op het eindexamen door de hooggeleerde gecommitteerde , door wie ik onder andere ondervraagd werd over Indonesïe en Soekarno, met een acht beloond werd.

  18. Ik herinner me alleen dat ik een werkstuk over Alexander de Grote heb geschreven. Die is nog jarenlang door de hele familie gegaan, ten behoeve van neefjes en nichtjes zonder inspiratie.

  19. De fijnste geschiedenisleraar was die in de brugklas.
    Hij was gek op Romeinse en Griekse mythologie en las ons het ene na het andere verhaal voor. Van de geboorte van Zeus tot het wolvenverhaal van Romulus en Remus en tientallen andere.
    Tussendoor leerden we ook nog wat.
    Zijn bijnaam was Mummie.

  20. Haha. Mij komt steeds een zeer dun bijna uitgemergeld heertje voor ogen als ik aan mijn geschiedenisleraar denk. Maar geen idee wat zijn naam was. Ik pieker al 24 uur.

    Maar weet je? Als je niet eens de naam van je geschiedenisleraar kunt herinneren dan is geschiedenis niet jouw ding. Is het dan ook niet. Ik gruwel zelfs van historische films met van die kostuums en zo. De Onedinline, ja, dat was een uitzondering.

  21. Vraag

    Het is zaterdag, warm weer en ik collecteer op straat in Leiden voor het Rode Kruis. Een keurige jongeman loopt op mij toe. Ik toon hem mijn collectebus en zeg : „Mag ik je wat voor het Rode Kruis vragen?”

    Hij stopt, kijkt me heel serieus aan, en zegt : „Wat was uw vraag?”

    Jan Tolsma

  22. Ik kan me nog de namen van alle vier geschiedenisleraren herinneren. Drie op de middelbare school en een van mijn eerste jaar Nederlands. Die laatste was zo boeiend dat ik nog jaren zijn colleges bijwoonde. Net als veel anderen.

  23. Hoe hij heette, dat ben ik vergeten, maar mijn eerste geschiedenisleraar was een aardige man die absoluut geen orde kon bewaren. Zijn klassen waren een zooitje, afgezien van de enkele keer dat hij ons kon boeien met een mooi verhaal. Ik vraag me af wat er van hem geworden is, zijn leraarschap moet een hel zijn geweest. Later had ik een hele goeie, die ons trouwens ook vertelde over het toendendaagse wereldgebeuren, zoals de Cuba crisis.

  24. Vandaag van Diemen via Durgerdam en Marken naar Monnickendam gefietst. Dan kom je de geschiedenis op elke straathoek tegen. Gelukkig geen collectanten of andere bedelaars tegen gekomen.

  25. Als student woonde ik in Nieuwendam, en mijn rondje op de fiets was iets minder ambitieus: Schellingwoude, Durgerdam, Ransdorp, Zunderdorp. Mijn droom indertijd was ooit aan de Durgerdammerdijk te wonen.

  26. Mooi rondje Ad. Mocht ik ooit nog eens in Nederland zou willen wo en, is het daar. (Ogenvoltranenicoontje)

  27. Dashboard

    Op een bloedhete dag rij ik naar mijn vriendin, het dak van mijn 51 jaar oude Fiat Spider open. Ik erfde deze auto in slechte staat na de onverwachte dood van mijn beste vriend. Met liefde hebben we hem gerestaureerd. Een fotootje van de vorige eigenaar pronkt sindsdien op het dashboard.

    Bij het verkeerslicht komt een zestiger op een Harley langszij. „1967?”, vraagt hij in onvervalst Amsterdams. Ik antwoord bevestigend. „Dubbele carburateurs?” „Enkel!” „Lekker rustig”, zegt hij. „Plaatjes om de kleppen mee te stellen?” Wederom bevestig ik zijn vermoeden. Terwijl hij wegscheurt hoor ik nog: „Jij valt op mannen?”

    Roel Siebrand

  28. Niks mis mee dit keuvelpraatje bij het stoplicht. Het piepkleine misverstandje doet mij minder schateren dan Roel. Oldtimers, ja het blijven ondingen.

  29. Eindelijk weer eens een ikje in onvervalst Amsterdams: dubbele carburateurs, lekker rustig, plaatjes om de kleppen mee te stellen, jij valt op mannen. Je hoort het Willy Alberti zeggen. Niet.

  30. Snelle jongen, die Harley Angel. Snelle blik, snel oordeel, snelle motor.
    Zijn snelle vuisten zijn -gelukkig voor Roel- aan het stuur gebleven.

  31. Vandaag mooie en nagenoeg autovrije fietstocht gemaakt langs het Gooimeer. Van Diemen via Muiden, Muiderberg, Naarden en Huizen naar de Stichtsebrug over het Gooisemeer en terug naar het vaste land via Almere Haven. Het enige ongerief vormen de bromscooters met jonge bestuurders, die het milieu en de rust op het fietspad aan hun laars lappen en slalommend om brave fietsers hun verderfelijke weg vervolgen.
    Ik wist eigenlijk niet dat er zoveel mooie zandstranden zijn aangelegd aan het Gooimeer. Sommige zelfs met strandtenten. Je snapt niet waarom iedereen zich op een zonnige dag naar een Noordzeestrand rept. Aan de oevers van het IJselmeer is het ook goed toeven en je hebt daar geen last van branding en zout water.
    Heeft het rijden in een old-timer of op een Harley-Davidson iets te maken met homo-erotiek ?

  32. Lekker leuk in die kringen zou ik zeggen, kom je ook op de motor naar Amsterdam.
    Ik moet nog zien dat je hier voet aan de grond krijgt.
    Bij mij ben je welkom in Den Bosch, zoals eerder gezegd reeds.

  33. Studiedruk

    Nog even en het zit erop. Haalt hij zijn propedeuse of niet? Het zit niet mee. De onvoldoendes stapelen zich op. Eigenlijk nog niets gehaald.

    Een appje: „Pap, 2,4 of 2,7?” Zucht, app terug: „Welk tentamen?”

    „Nee, pap, bandenspanning van je auto.”

    Er is nog hoop.

    Riet Kooiman

  34. Ja, zee strand duinen, het liefst oneindig breed, en als enige wandelaar, daar gaat niets boven.
    Mopperkont houdt niet van zout en branding? Ik geloof er niets van. Het lijkt me wel een mooie rit, die je hebt gemaakt. De verwijzing naar homo-erotiek zit hem overigens in het fotootje op het dashboard, de titel van het ikje.

    Over het ikje van vandaag: komt Riet hier uit de kast als man?

  35. Plannen

    In mijn hoedanigheid als medewerker planbureau operatiekamers informeer ik een hoogbejaarde vrouw. Ik geef haar de datum van haar operatie door en vertel haar hoe laat en waar ze zich kan melden.

    Ze beweert nog nooit eerder een ingreep te hebben gehad, het wordt zelfs haar eerste ziekenhuisopname.

    Nadat ik haar alle ins & outs heb uitgelegd, zegt ze: „Mevrouw, ik heb nog één vraagje: moet ik ook beddengoed meenemen?”

    Manon van de Biggelaar

  36. “Ze beweert” is tendentieus. Uit de clou blijkt dat ze inderdaad nooit in een ziekenhuis is opgenomen.

  37. Bovendien is die vraag niet zo gek als hij lijkt. Als de bezuinigingen op de zorg zo doorgaan moeten we idd binnenkort onze stretchers en slaapzakken meebrengen. Familie komt ons dan dagelijks verschonen en voederen.

  38. Wat is een Week van Verwarde Verhalen zonder even aan te Wippen?

  39. Goed Bas van Vuren, goed. We doen het vrij goed. We zijn niet klimaataardig maar ontkennen ook niet zo maar alles en we gaan nog lang niet van het gas.
    Aan het Gas of van het Gas, een kwart eeuw geleden betekende dit iets anders dan nu. Maar ik lees dat jij, Bas van Vuren, niets hebt met Geschiedenis? Dat bevreemde mij zeer. Ik dacht dat jij ons verleden een warm hart toe droeg. Ik antwoord dit trouwens vanuit mijn dashboard van mijn nieuwe BLOG en kan dus niet zien waar het landt. Misschien zitten er al weer talloze reacties tussen. So be it.

  40. Hm totale freak meent weer zijn intrede te mogen doen, moge de gesloten grenzen dit uitwerpsel tegenhouden.

  41. Lieve mensjes. Het was keidruk dit weekend met dit en met dat en met zus en met zo. Een nieuw intro kwam er maar niet van. We gaan dan nog maar een week met verwarde verhalen in, kan ons het schelen toch? Graag met respect voor melkander en als je iemand niet mag … ssssst! Jouw geheimpje. Hoeft niemand te weten. 🤔😃

  42. Petite robe

    De uitnodiging voor een boekpresentatie vroeg om tijdige aanwezigheid en naar ik aannam ook om enigszins aangepaste kledij. Ik koos daarom voor een aardige versie van la petite robe noire.

    Dat bleek een misgreep, praktisch alle bezoekers hadden hun dagelijkse outfit aan. Ik kende niemand van de aanwezigen en stond derhalve wat op mijn eilandje te snakken naar het begin van de lezing.

    Vlak bij mij zaten op een bankje twee uiterst verzorgde dames. Zij observeerden de aanwezigen en mij een poosje tot een van hen opstond en mij in de zo melodieuze Vlaamse tongval aansprak met: „Mevrouw, wat heeft u een schoon kleedje aan.”

    Noor Robbé

  43. Als je klasse hebt geef je de hele zaal het gevoel dat zij verkeerd gekleed zijn en jij goed. Zo heb ik ooit eens een CEO van een hele grote internationale firma in een speedo en tshirt op een receptie liep.

  44. Het ikje doet mij even denken aan Marcel van Roosmalen, mijn favoriete columnist van NRC Next. Schrijft vaak en veel over verhuizing met vrouw en kinderen (zij is of was columniste van Parool, nu VK?) naar een dorpje in N-H.
    Geschreven vanuit zijn Arnhemse roots.
    Pas zijn z’n columns uitgegeven in een boekje, welk hij even mocht promoten bij de heren van VI, zal denk ik niet baten. Aan de bar van dat programma krijgt hij de lachers op zijn hand maar zijn stijl is toch een paar treetjes te hoog voor het publiek aldaar.
    Hij heeft een erg leuk stukje geschreven over een signeersessie in Arnhem. Vandaar dat ik dit schreef, door het ikje getrickerd.
    Een prettige week gewenst.

  45. Het ikje riep bij mij nogal wat vragen op. Zo was mij niet duidelijk of er een boek van Noor zelf werd gepresenteerd of een boek van een andere schrijver. Na wat gegoogle bleek mij dat ene Noor de vries Robbé in november 2017 in een boekwinkel in Den Haag een boek heeft gepresenteerd over makelaardij en dat zou zo maar onze Noor kunnen zijn. Googelen op la petit robe noire leverde informatie op over een parfum van Guerlain, op de flesjes waarvan een tamelijk bloot zwart jurkje staat afgebeeld. De verkoop van haar boek was kennelijk wat ingezakt. Een andere verklaring voor dit late ikje kan ik niet bedenken.

  46. Toch leuk, iemand googelen en iets wetenswaardigs vinden. Dat was ooit tegen de etiquette, maar die gooien we wat mij betreft overboord.

    Met lummel ben ik het eens. Overdressed verschijnen voor je lezing en dan anderen laten merken dat ze er maar een slag naar sloegen. “In je gewone kloffie naar een boekhandel, en nog wel in Den Haag! Het moet niet gekker worden”.

    Het omgekeerde (zoals in lummels beschrijving) is nog leuker. Ik was ooit op een congres in Marseille, très très chaude, iedereen toch pakkie deftig. Behalve de ster van de dag, de beste spreker, het interessantste verhaal. Zijn haar in een staartje, T-shirt, spijkerbroek, sandalen. Hield zijn voordracht uit zijn hoofd, waar ze in NL nu nog steeds niet toe in staat zijn. Een American in Marseille. Ik zat in mijn little black dress ademloos te luisteren en te kijken.

    TimmerArk weer terug? Heb je een nieuw blog? Zag gisteren weer die zeilbootjes dobberen, ooit voor je andere blog gefotografeerd, toen lagen ze in de ochtendmist, nu in de stralende middagzon. Leuk weer wat van je te lezen.

  47. Zeer matige columns van Marcel van Roosmalen in de NRC.
    Ze gaan voornamelijk over zijn twee kleine kinderen die lastig zijn (vindt hij bijzonder) en verder wat huishoudelijke beslommeringen over opruimen en bellen met zijn bejaarde moeder die doof is.
    Verder natuurlijk over voetbal enzo.

  48. Ik weet het niet Bertie, hij komt uit Arnhem w.s. , zijn ouders uit Brabant en nu is hij bevorderd tot de randstad , in zijn ogen een hele prestatie!
    Waar Wormer ligt weet ik niet , Wormerveer misschien, wie zal het zeggen, maar hij zal wel dicht bij Amsterdam zitten waar alles gebeurt immers.

  49. Toen ik de NRC nog las was er een nieuwe column van een man die daar ging wonen (mijn geboorteplaats). Veel bijzonders had hij niet te melden, de plaats stelt niet veel voor behalve Het Gat Van Wormer en dat is lang geleden.
    Na een paar stuks zegde ik de krant op.
    Niet speciaal voor hem ☻

  50. Het niveau van Hofland of Heldring zal niemand meer bereiken, maar van Roosmalen past ook meer bij de huidige baas van de krant die het simpel wil houden.

  51. Overigens ben ik van mening dat je vooral niet underdressed waar dan ook moet moet verschijnen.

  52. ik hoorde dit net bij Eva Jinek, dus het is zeker waar!
    Bon Soir

  53. Brocante

    Voor mij een echtpaar waarvan duidelijk de man mee moest. „Karel, kijk toch eens, je moeder had dit ook.” Karel knikt. Zo gaat het door. Ik blijf er geboeid achter lopen. Een mooi ledikant. „Wat vind je dan hiervan?” „Het ligt eraan met wie je erin ligt”, zegt Karel vol overtuiging.

    Lotte Aukema

  54. Geen kwaad woord over Marcel van Roosmalen met zijn geestige kroniek van het dagelijks leven en wat een onzin om hem met Hofland of Heldring te vergelijken.

  55. Toen ik in Utrecht studeerde ging ik vaak naar de markt op het Paardenveld. Een marktkoopman ging af en toe met zijn voet op een tasje staan en deed dan kattengejank na. Als het publiek dierenbeul begon te roepen, deed hij de tas open en toonde lachend de lege inhoud. Utrechtse humor.

  56. “en toonde lachend de lege inhoud. Utrechtse humor.”
    Geloof dit niet, mensen. Op de paardenmarkt in Utrecht liepen de kooplui met tassen vol papiergeld, zoveel zelfs dat ze de tas niet dicht kregen en de restanten in alle zakken van hun marktjasje stopten. Ze leken dik, die lui, maar eenmaal thuis in de bedstee viel het wel mee, alle briefjes waren uitgegeven in het café en de rest was in de kluis opgeborgen.

  57. Toen ik dat ledikant zag…
    ging ik er onmiddellijk proefliggen. Komt er een echtpaar aan, de vrouw wil het ledikant, de man wil mij

    niet.

  58. Het zal wel aan mij liggen, maar ik vind die ikjes in de NRC tegenwoordig allemaal zo verschrikkelijk onleuk. Ik wil humor om te lachen.

  59. ik vertrek binnenkort weer naar Chinon (Frankrijk) waar we met koor en orkest van het ensemble Qui Vive drie uitvoeringen gaan geven. Hoofdwerk dit jaar is het Te Deum van Arvo Part.

  60. Mooi werk van Arvo, als je kunt zingen lijkt het me heerlijk om het uit te voeren. Veel plezier!

  61. Statiegeld

    Yoghurt en fruit zitten al in de kom, als ik zie dat de muesli op is. Ik gris de lege-flessentas mee en haast me in oude joggingbroek met fleecetrui en met ongekamde haren naar de AH. De flessenbon is een geschenk, want in de haast ben ik mijn geld vergeten. Terwijl de caissière de kassa-rol verwisselt, vul ik de stilte en grinnik tegen de oude dame achter me dat het statiegeld net voldoende is voor de goedkoopste zak muesli. Ze knikt me vriendelijk toe, bekijkt me schuchter van top tot teen en zegt dan zachtjes: „Als je nog wat nodig hebt, pak het maar hoor, ik betaal het wel.”

    Willeke van Oeveren

  62. Lieve mensen bestaan, zeker, Pawi is een uitstekend voorbeeld maar de combinatie Lief, Oud(er) en Dame gaat ook niet altijd op, voorbeelden te over.

  63. jammer van dat grinneken (niet-hardop lachen met zeker knorrend keelgeluid) waar ginnegappen het juiste woord is.

  64. Dit ikje kan zo in een Nationaal Dictee.
    Kassa-rol, je moet het maar weten! Wie heeft gisteravond die lege rol laten zitten trouwens? Dat bespreken straks wel tijdens de pauze.

  65. Als ze wat meer gezopen had, zoals Nederlandse interlectuelen veel doen las ik gisteren, dan had ze een brunch kun betalen met het statiegeld.

  66. Nederlandse interlectuelen drinken wijn en andere spiritualiën, te vaak, te veel, maar ze laten de flessen achter in de glasbak. Wat je koopt is de inhoud, niet de fles. Doen ze toch nog iets goed voor de recycling, bijna belangeloos.

    Lekker veel statiegeld krijg je op lege (en ook op volle vermoedelijk) Colaflessen, Tonicflessen, Fantaflessen. In mijn studietijd veel plezier van gehad. Ik woonde dan ook een tijdje op de Rotterdamse Binnenweg, vierhoog, boven De Gruijter. Gewoon inleveren wat je vond in de buurt, geld incasseren, muesli bestond gelukkig nog niet, hagelslag wel.

  67. ik woon driehoog boven de Carrouf City. Weinig Nederlandse interlectuelen. Nog steeds nergens statiegeld op Franse flessen. Poubelle.

  68. Pieter Waterdrinker, onze man in Moskou, Tsjaikovskystraat 40, zijn laatste boek, zeer aanbevolen.

  69. Heb ooit in Vladimir Rusland gegeten en gedronken met een groep Sovjet Russen. We spraken de taal van de alcohol, zij geen Engels, Frans of Duits en ik geen Russisch. Buiten vroegen ze me nog wat in hun auto te drinken. Een Fiat, in 1988 best bijzonder. Ze schonken zelfgemaakte wijn uit een jerrycan in uit het restaurant meegenomen glazen. Een van hen schreef op mijn gipsarm:
    Het is beter samen te drinken dan oorlog te voeren. De wijn was zo sterk dat je na twee glazen niets meer kon doen dan waggelen.
    Ik heb weinig water gedronken die weken in de USSR.
    Pieter heeft trouwens de perfecte kop voor dat land, boers en intellectueel.
    Alvast een fijn weekeind.
    Bedankt Bas, dat je het prima vond dat ik in ieder geval voor een tijdje terugkeerde. Misschien komt LUV ook terug?

  70. Peuren

    Als beeldend kunstenaar bouw ik af en toe zandsculpturen op festivals. Afgelopen weekend was ik in Oud-Beijerland bij de Spuidagen 2018. Ik maakte een hond, loom onderuit gezakt in de warmte. „Hij heeft geen staart”, hoor ik. Er loopt een meisje om het beeld heen. „En hij heeft ook helemaal geen ogen.” Ze kijkt mij aan. „Ja, dat klopt”, antwoord ik haar, „daar ben ik nog niet aan toegekomen, dat ga ik straks doen.” „Ik ben anders heel goed in ogen maken”, zegt ze, terwijl ze gedecideerd naar mijn gereedschap grijpt. „Je moet er gewoon twee gaten in peuren”.

    Mohana van den Kroonenberg

  71. Waar bemoei ik mij ook mee, ik weet niet wat er is gebeurd en sowieso…a no Go! Excuus.

  72. Zo is dat. We hakken hier niet meer op elkaar in. Nemen elkaar niet meer de maat. Doen niet schamper. Sinds de drie sneuneusjes zijn verdwenen is de sfeer opgeklaard en is het weer prettig toeven alhier. Blij mee!

  73. Moet oppassen met reageren vanuit mijn blog want als er nu een storm uitbreekt en er twintig reacties zijn geplaatst tussen de jouwe en deze die daar aan refereert dan denk iedereen dat ik ergens vanaf gerukt ben.
    Je mag toch nog wel aan zelfschamperheid doen?
    Nogmaals geen idee wat er speelt maar ik zie LUV niet in dezelfde categorie als de heertjes maar dat is mijn gevoel en who cares but me?
    Waarom plots in Engels? Nou, Japans ken ik niet.
    Zo een blogger wereld is natuurlijk net een mini atmosfeer met hete lucht en holle retoriek.
    Had ik u al een fijn en hopelijk opgeruimd weekeinde toegewenst?
    Zo niet dan nu.

    Ach, wat is afscheid nemen toch moeilijk zeker als je weet dat je woorden niet bepaald node gemist worden door deze of andere snoodaard.
    Prachtig woord, pril geluk.

  74. Nu ik weer terug bij mijn computer ben en niet langer tot het priegelschermpje van de mobiele telefoon beperkt ben, heb ik ontdekt dat Joke de 100e reactie heeft geplaatst. Man man, wat zal zij blij zijn met het lepeltje, daar kan ik nu al van genieten. Terwijl we het pas volgende week gaan versturen. Kun je nagaan als we het volgende maand zouden versturen, dan was ik nog langer gelukkig. Voorpret, lieve mensen, is de lekkerste pret, want onvervuild door de realiteit.

  75. DIt moest ze even van zich af schrijven. Anders raakt ze aan dure drank en vinden we haar in volgend ikje bij een glasbak omringd door Russische drankorgeldraaiers.

  76. Merkwaardig taalgebruik van dat brutaaltje. Peuren in de betekenis van paling vangen met de peur (vistuig) zal ze wel niet bedoeld hebben, maar volgens van Dale heeft peuren ook de betekenis van roeren of wroeten (zit niet in je neus te peuren !) Het is wel duidelijk dat Oud-Beijerland onder de rook van Rotterdam ligt.

  77. Misschien heb ik wel met dit mensje, deze Mohana, gekletst. Ik klets namelijk altijd met zandkastelenbouwers (m/v) en weet er inmiddels keiveel van.

    Het is een circuit, dat wereldje van de zandkastelenbouwers, en een heel stuk minder romantisch en kunstig dan je denkt. Ze krijgen vanover de hele wereld gigs aangeboden en accepteren die al naar gelang de bestemming. Vaak doen ze het al voor de vlucht en wat hotelovernachtingen. Het kan voorkomen dat man en vrouw het beiden doen, als broodwinning, en dan, anders dan je zou verwachten, niet samen afreizen, maar de een naar Japan en de ander naar Brazilie, keurig op hun beurt, want het rijtjeshuis in Leerdam mag ook niet te lang alleen blijven, anders gaat de hond, de kat en de buren klagen.

    Qua kunst: och, het wordt allemaal keinatuurlijk nagetekend, en ze hebben een aantal vaste figuren die ze elk jaar maar weer opbouwen, met kleine variaties (nodig omdat elk zandkastelenfestival een motto heeft). Dan is het weer de Liefde, dan weer Sprookjes, het Universum, Natuur en Eindigheid, die comite’s hebben het er maar druk mee en eten er lekker van in hun brainstorm- en planningsvergaderingen, altijd in de avonduren en altijd inclusief etentje en drank.

    Ja, zat ik daar ook maar in .. zo’n comite. 😀

  78. Ze kunnen een voorbeeld nemen aan Banksy. Die werkt met sjablonen. Hopla, in een nacht klaar!

    Zo kan een hondje met staart en al omgekiept worden op het strand. Beetje ogen erin peuren en bewonderen maar.

  79. Neus

    Ik loop de drogist binnen om mijn trouwe verbanddoos voor de vakantie weer te voorzien van het bruine, alleshelende goedje Betadine. Bij de kassa overhandig ik mijn flesje aan een vriendelijke jongeman.

    Hij: „Wilt u advies voor het gebruik van deze neusdruppels, mijnheer?”

    Ik: „Nee dank u.”

    Jan Benneker

  80. Yes! Zo moet je zo’n voorval beschrijven. De lezer bepaalt of hij lacht, verontwaardigd is, of welke andere emotie hij voelt. De schrijver kauwt het hem niet voor. Zo zijn ook de documentaires van de VPRO. Klasse!

  81. Deze begrijp ik niet, Bertie. Normaliter ben ik voor inkorten en het schrappen van overbodig geneuzel. Bij dit ikje heeft volgens mij elk woord een functie en staat in dienst van de pointe. De laatste zin, zo vaak overbodig, brengt een extra laagje aan en tilt dit kleinood ver uit boven de standaard consumentenjammerik.

  82. Zoiets dan misschien, Bertie?:
    Bij de drogist koop ik Betadine. Vraagt de jongeman aan de kassa: “Wilt u advies voor het gebruik van deze neusdruppels, mijnheer?” Zeg ik: „Nee dank u.”

  83. Het kan natuurlijk ook nog anders:
    Attenooie! Loop ik laatst binnen bij de drogist voor wat Betadine, vraagt die gast aan de kassa: “Wilt u advies voor het gebruik van deze neusdruppels, mijnheer?” Zeg ik: “Nou, ik gebruik het alleen als ik last heb van druiloren”.

  84. @Ad: .. en als je nog langer doorgaat heb je binnenkort ook geen last van aambeien meer, linkmiggel…

  85. Ik loop het kruidvat binnen om mijn keukenvoorraad weer te voorzien van de bruine, antibacteriele en verdovende kruidnagels. Bij de kassa overhandig ik mijn flesje aan een vriendelijke jongeman.

    Hij: „Wilt u advies voor het gebruik van dit afrodisiacum, mijnheer?”

  86. Ik loop de drogist binnen om mijn voorraad condooms aan te vullen. Vraagt de vriendelijke jongeman aan de kassa: „Zullen we de ballonnetjes even voor u opblazen, mijnheer?”

  87. Pawi, ik weet het niet hoor. Juncker heeft wellicht de schijn tegen zich, maar het lijkt me dat wij niet echt kunnen oordelen over wat er nou precies aan de hand was/is. Rugpijn vermomd als dronkenschap of vice versa? Kweenie.

  88. Boeiend

    Ik ben werkzaam op de oogheelkundepolikliniek van een ziekenhuis. Zo nu en dan komen er gedetineerden op het spreekuur. Deze keer kwam de patiënt voor een gezichtsveldonderzoek. Hoewel niet helemáál onbevangen, gaf ik hem gewoontegetrouw instructies. Ik legde hem uitvoerig de werking, het doel en de duur van het onderzoek uit. Hij luisterde geboeid en ik besloot mijn verhaal, zoals ik vaker doe: „Al met al kan het best een lange zit zijn.”

    Waarop hij antwoordde: „Nou, ik ben wel wat gewend hoor, zuster!”

    Eva de Zanger

  89. Als de Fransen vanavond winnen krijgen we weer net als voor halve finale een péquenot parade. Alle tokkies uit de omgeving komen toeterend door de stad scheuren met hun opgevoerde autos. En draaien op het rondpoint voor de deur rondjes op de handrem.

  90. Mensen proficiat aan iedereen die deze wedstrijd heeft gekeken en ik hoop dat de beste heeft gewonnen, hoewel dat natuurlijk bijna nooit het geval is.
    Vooral Macron is in zijn nopjes, heeft hij weer wat te bespreken met zijn rivalen.
    Ik kijk nooit voetbal maar moet toegeven dat het van groot belang op de hele wereld.
    Gelukkig is het nog niet verplicht om te kijken.
    Na deze preek ben ik even weg naar diverse streken in Duitsland , van Bad Pyrmont naar het oosten Thuringen en dan weer terug via andere weg.

  91. Het beste team heeft inderdaad gewonnen, alhoewel Belgie het ook heel goed heeft gedaan. Het wordt weer even wennen dat het over is. Gelukkig is de Tour er nog 🙂

  92. Frankrijk en Belgie waren de beste dit keer. Wimbledon heb ik in alle drukte vergeten en de Tour volg ik al jaren niet meer, ben ermee opgehouden vanwege het Lance Armstrong schandaal.

  93. Toe maar, een reactie volkomen off topic op een intro van een half jaar geleden. Zo willen we het hebben. Verrassingen alom! En wat maakten we ons toen belachelijk druk om een voetbalspelletje zeg. Ik was het allang vergeten. Je kunt echt veel beter een goed boek lezen. Wat ik jullie brom.

Ik vind er dit van: