Geef die vent een gulden (293)

Over ikjes, wielrenners en de supermarkt

Aan slechtste ikjes van het jaar geen gebrek vorige week. Die van Theo Waaijer dan! Hij “ontmoet” op een mooie nazomerse middag een jonge man in een rolstoel, uitkijkend over de zee op de Meijendelse Slag. Theo vraagt hoe de man in die rolstoel beland is en er ontwikkelt zich een diepmedemenselijk gesprek over een motorongeluk en een hoge dwarslaesie en dromen over uiteindelijk weer te kunnen motor rijden op zo’n motor met drie wielen. Uiteindelijk wordt het verhoor afgekapt door de rolstoeler. “Geluk zit niet in je benen”.

“Je zou als lezer nog in een rolstoel geraken door zulk tenenkrommend gedram”

“Je zou als lezer nog in een rolstoel geraken door zulk tenenkrommend gedram” zei De Schrijvende Rechter (DSR) en scoorde daarmee een hardoppe lach hier op de redactie. We bedoelen maar: die man probeerde van het uitzicht te genieten, Theo. Aan zee. Met alleen de wind in het haar en de meeuwen en schepen in de verte.

Pawi plaatste wat vakkundige vraagtekens: “Vreemd dat er ineens een ‘hoge’ dwarslaesie wordt ingevoerd. Doorgaans wordt daarmee bedoeld een verlamming vanaf de nek. Dan kun je letterlijk alleen maar dromen van rijden op de motor.”

Erg grappig was het T-shirt dat Mieke Kerkhof, de veelschrijvende vroedvrouw, in haar spreekkamer zag. “There is a fucking idiot staring at me” stond er op de voorkant. En op de achterkant: “Still staring at me.”

Hier had die tekst op kunnen staan. En op de achterkant die andere tekst

DSR was er niet blij mee: “Melden dat je een frappante tekst op een T-shirt hebt gezien, of misschien wel een mal plaatje op internet – het is een beschamend genre zonder bestaansrecht.”

Pawi vond dat Mieke met dit ikje een grens over gaat, want “deze man herkent zich direct in het ikje. Het blijft gevaarlijk, uit de spreekkamer klappen.” En zo is het, zoveel van die T-shirts zullen er niet rondlopen.

Timmer opperde zelfs dat Mieke het hele ikje weleens uit haar duim gezogen zou kunnen hebben en dat die meneer daar als klant zat omdat hij in transitie zat of wilde gaan. Met zo’n T-shirt moet hij daar dan toch nogeens over nadenken. “Deze medemensen worden allemaal begeleid door onder andere een psycholoog. Zou deze openlijke uiting van agressie daar goed vallen?” vroeg hij zich af.

“Hulde aan de man die lulde”

“Hulde!” riep Bertie op een gegeven moment, we weten niet meer waarom. Het ging niet over dit ikje in ieder geval. En ze wilde niet zeggen wat ze daar als kind achteraan riepen. Het rijmt, dat wel. Smulde, lulde, gevulde, gekrulde … we gingen onder leiding van Lummel aan het opperen. Ad Hok dacht hem gevonden te hebben: “Hulde, hulde, geef die vent een gulden! Ja, toch?” Uiteindelijk onthulde Bertie het juiste antwoord: “Hulde aan de man die lulde”. Waarvan akte. Zo pik je toch weer wat dingen mee.

LOLA loves CHAMPAGNE en kan goeie blogs schrijven over alles wat boeit: travel, nature, culture, soulfood, food and drinks, curiosity killed the cat en home. Ze fietst op dit moment door België en doet daar met prachtige beschrijvingen en foto’s kond van. Aanbevolen!


Er was een ikje van Eddy Koning dat ik normaliter had overgeslagen in dit intro. Het ging erover dat hij de Tour in het buitenland (België, nou ja Baarle-Hertog/Nassau dan) moeilijk op de televisie kon volgen. Zal ik het in het kippenhok op Nederlandse bodem proberen, grapt Eddy. Tja. De reactie van DSR wil ik jullie niet onthouden: “Ajasses, wat een gezellig gekwebbel (…) Als de inzender zelf een ei had gelegd, dan had ie iets kunnen insturen.” En zo waren de commentaren weer eens leuker dan de ikjes zelve.

Een wielrenner, Sjors Wijlhuizen, schreef een ikje over de “penibele verkeerssituaties” waarin hij weleens terecht komt. In dit geval betrof het twee hockeymeisjes die al keuvelend breed het fietspad innamen, niet reagerend op zijn gebel. Toen Sjors nog net een „pardon!” kon uitbrengen terwijl hij hen, half berm half weg, ontweek, kreeg hij op montere toon terug: „Maakt niet uit!”

Algemene afkeuring was zijn deel. Want natuurlijk zijn het juist de fietsers die de weg als renbaan beschouwen degenen die voor de penibele verkeerssituaties zorgen. Weet je, Sjors, wat je moet doen als je belt en de medeweggebruikers horen het niet? Afremmen. Stoppen. Simpel zat. Niet ertussen door wurmen. Of je nou gelijk hebt of niet. Wegpiraatje met z’n dikke buik en dunne bandjes dat hij me d’r eentje van ons is.

“Bouw lekker een velodroom achter het huis als je wilt sjesen!

DSR: “Bouw lekker een velodroom achter het huis als je wilt sjesen! En hou je beide handen aan het stuur als je zo nodig met een rotgang moet gaan, in plaats van met je vingertje te wijzen.” Ja, ik zei het toch, DSR was in bloedvorm vorige week.

Ad Hok leverde er het toepasselijke muziekje bij:


En nog zo’n stukkie chagrijn in coronatijd werd ingestuurd door Vera Broek. Het ging over een supermarkt waar twee “jonge medewerkers” het pad blokkeerden. Toen de klant, Vera dus, beleefd vroeg of ze er even langs zou mogen wierp het meisje haar een boze blik toe. „Vind je me dik ofzo?” Tja, dan begrijp je dat Vera het nodig vond om de naam van de supermarkt erbij te zetten. Toch een stukje wraakneming. Maar niet echt nodig, NRC, om die naam van die supermarkt ook nogeens tot titel van het ikje te verheffen. Zeker geen adverteerders?

Maar goed, toen zaten we al in het ikje van de maandag, want dit intro wordt pas vanavond, nu dus, gepubliceerd en niet zoals gebruikelijk vanmorgen.

Wil jij net als DSR, Pawi en andere reageerders kans maken om in het volgende intro voor te komen? Wil jij ook aardige vondsten debiteren naar aanleiding van ikjes? Wil je plezier hebben met onbekenden die voor je het weet je vrienden zijn? Misschien wil je een uitnodiging voor de jaarlijkse bijeenkomst van de auteurs en reageerders van deze site? Of zeg je: doe mij dat maar allemaal?

Je wint een zwaarverguld lepeltje als jouw reactie precies de 100e is.

Doe dan aan deze leuke rubriek hier op deze leuke site mee. Ga eens wat ikjes lezen, die staan verstopt op de NRC, die krant die zo van lezersanekdotes houdt. Stuur zelf een ikje in. Scrol naar beneden en zeg iets. Dat mag met een fantasie-emailadres en ook met een nom de plume. Je wint een zwaarverguld lepeltje als jouw reactie precies de 100e is. Of de 200e, 300e enzovoort tot in het oneindige. Lepeltjes zat.

Voor je het weet kan een citaat van jou, een foto van jou, een wat dan ook van jou, een hoogtepunt van de week worden. Heb je inspiratie nodig? Raadpleeg de afleveringen van deze rubriek elders op dit blog. Ook een aanrader als je er even tussenuit bent geweest.

Bas van Vuren

Bas van Vuren, aangenaam

Reacties zijn welkom via het reactieveld, of via het contactformulier hier, of via een email naar bas@basvanvuren.org

Het wordt een prettige week. Als je vindt dat het geen prettige week moet worden, voel je dan vrij om elders te gaan buurten. Daar waar er meer zijn zoals jij. 

De foto helemaal hierboven – wij vakmensen noemen het de header image – laat traditiegetrouw een stukje offline leven van mezelf zien van de afgelopen tijd. Nou, jullie zien het wel. Ik was weer eens aan de wandel. Helemaal in de bebouwde kom. Toch kwam ik weer een koe tegen. Alsof ze het erom doen. Deze had zelfs een mondkapje. Schouderophalend vervolgde ik mijn weg. En hoofdschuddend maar dat zie je nauwelijk. Die schouders ook niet trouwens. Dat zijn uitdrukkingen, gemaakt voor schrijvers.      
Foto: “Koe met mondkapje” © 2020 Bas van Vuren

Auteur: Bas van Vuren

Schrijver - Rijmer - Kijker - Kent beroemde mensen - Maakt liedjes - Doet iets met #ikjes - Want ja - Je moet toch wat

60 gedachten over “Geef die vent een gulden (293)”

  1. Gedaan. Genieten. Een Tour de Force, zo op het latere tijdstip in plaats van op de rustieke zondag geschreven.
    Hulde voor de Blogger die niet rijmt.

  2. Tikje

    Een mooie najaarsdag in september 1970. Fluitend ben ik op weg naar het Amstelstation. Daar arriveert de trein uit Rotterdam met stapels NRC’s. Eén zo’n stapel is voor mij. Ik zal van de Waalstraat tot de Beethovenstraat 78 kranten gaan bezorgen.

    In het bagagedepot van het station slaat de stemming om. De chef is er ook. We krijgen te horen dat de Nieuwe Rotterdamse Courant en het Algemeen Handelsblad met een gezamenlijke krant komen. De bezorging van ‘mijn’ klantjes wordt voortaan gedaan door de Handelsblad-jongens. Weg zakcentjes. Toch wel een tikje.

    Het is een schrale troost dat sindsdien met de zinsnede „jaargang …, no. …” mijn ontslag altijd voorpaginanieuws is gebleven.

    Wim Koster

  3. Aanvankelijk haakte ik bij ‘1970’ al af, vervolgens bleek het om een onder-ons-NRC-Ik-je te gaan. De pointe spreek voor zich: DSR heeft de Dierenbescherming gebeld vanwege mishandeling van varkens met tangen.

    Toch heeft de inzender eea best aardig opgeschreven. Afgezien van de inhoud las het best lekker weg. Graag een nieuwe poging, met beter materiaal. (Het schijnt dat veel kranten anno 2020 moeite hebben bezorgers te vinden. Daar ligt een gouden kans).

  4. Hikje

    Een mooie najaarsdag in september 2020. Ik open de krant en zie verheugd dat mijn Ik-je is geplaatst.

    Met weemoed denk ik terug aan mijn krantenjongenstijd – en eerlijk gezegd kan ik wel een zakcentje gebruiken. Ik besluit te solliciteren en wordt meteen aangenomen.

    Als kerst op de taart boekstaaft de krant van vandaag dus niet alleen mijn Ik-je op de achterpagina maar ook mijn herintredingsdatum na vijftig jaar op de voorpagina! Het zal me warmen tijdens de komende najaarsstormen.

  5. 50 jaar geleden liep ik ook krantenwijkjes. ´s ochtends de volkskrant en savons het parool (mijn toetsenbord heeft moeite met Nederlandse aanhalingstekens) tussen de Waalstraat en de Beethovenstraat voor maar 78 kranten is een kutwijk. Je moet een zo klein mogelijk gebied met zo veel mogelijk kranten hebben om wat te verdienen. Daarom waren telegraafwijkies de besten. Maar ompolitieke redenen. Ja toen al, heb ik nooit detelegraaf of het Nieuws van de dag bezorgd. Parool was prima. Iedereen in de buurt las die krant. In een half uur had je je wijk gedaan. Vervelend was dat je de weekabonnees moest afrekenen.

  6. Hert ergste waren huis-aan-huisbladen, 1 a 2 keer per week: 8 gulden voor het halve dorp, inclusief boerderijen met rothonden, 4 gulden extra per folder – maar die moest wel ingevouwen worden.

    Gewone kranten betaalden beter en je kon iedere dag een gulden extra verdienen door je extra krant door te verkopen. Maar het was wel elke dag. Muujlijk.

  7. Ik scharrelde ook bij door het parool los te verkopen, als je vriend van de verdeler was kreeg je 10 extra kranten. De volkskrant werd verhandeld tegen verse krentebollen.

  8. Ja! Het invouwen van folders! Vreselijk werk en daarna kon je het routinegebaar: met een hand de krant uit de tas halen en hem met een tik op je benen dubbel vouwen op brievenbusformaat wel vergeten. Daardoor deed je veel langer over je wijk

  9. Een andervoordeel was dat ik een top bandenplakker ben geworden. Met 120 kranten op je fiets tegen stoepranden stoten is niet echt goed voor je banden. Het lekkie vinden zonder bakkie water is een ware kunst.

  10. Het aardige van het ikje van vandaag : het levert mooie verhalen, tips en herinneringen op van enkele hard-core krantenbezorgers onder ons!

  11. Ja, mooi dat het introotje er toch nog is gekomen. Dat DSR’s cruciale bijdrage aan het Ik-jesplaatsen is weggevallen, komt zeker door die internetstoring.

    Zit met de krant in de hand uit te proberen hoe dat ook al weer ging – en realiseerde me dat ik altijd met een stapel op de arm rondliep. Teveel tuinhekjes zonder brievenbussen aan de weg. Voor de bussen met honden was een speciaal tweevoudige twist met de pols om met de duim in het midden iets te vouwen waarmee je de klep veilig kon openwippen.

  12. Ja mooi maar weer die mijmeringen van DSR als krantenjongen in Drente.
    Met de krant in de hand kom je door het hele land was een oud gezegde, de bron ben ik vergeten.

  13. Driewerf hoera! Mooi intro cq keek op de week, mooi plaatje van een opblaaskoe (lijkt niet op Timmer, maar daar zegt hij zelf vast wel wat over) en een krantenbezorgersleed uitgemeten. Dat laatste was natuurlijk het mooist.

    Kortom, alles om het gvd van de net ontslagen inzender te verzachten.

  14. Het lijkt wel alsof iedereen in zijn jeugd met kranten of folders heeft gelopen. Ik ook hoor. Zelfs met de post op zaterdag en in de zomervakantie. Eigenlijk best wel een mooie tijd, al had je dat toen nog niet door.

  15. Nou, ik niet.
    Ik was de klos toen mijn zoon de zondagskrant rond bracht en bij de eerste de beste keer zijn enkel bezeerde. Heel erg zielig en akelig en we leefden met hem mee.
    Toen deed ik het voor hem tot hij weer kon lopen en stortte de verdienste op zijn rekening, het was tenslotte zíjn baantje. Vond niemand zielig voor mij. 😥

  16. Ik heb nooit een krantenwijk gehad. Wel moest ik iedere avond drie hoog de steile trap af om Het Parool uit het portaal op te halen. In het donker. Best griezelig voor een vijfjarige.

  17. Ja die foto moet Timmer eigenlijk eens uitleggen. Mooi mondkapje maar op zijn kop onderste boven gedragen. Fraaie boekenkast met gewichtige boeken en een familieportret. Daar zit vast een mooi verhaal achter!

  18. Geen idee waar dit over gaat, ik zie geen foto van een koe met mondkapje; mijn avatar is het toch niet?
    Wel moet ik op mijn smart voorzichtig zijn met al die reclame (die ik je Topgun Bas!) ik heb Canal+ al een keer of tien weg geklikt.
    Koe?
    ….als ik gesprek wil, zal ik moeten loeien…
    Alleen daar kan ik aan denken refererend aan een koe en mij…

  19. Opgelost…als je de intro aanklikt dan verdwijnt de koe.
    Of welke header je hebt uiteraard. Weet niet waarom.

  20. Waar blijft hij?

    Op de terugreis van een werkvakantie in Frankrijk strijk ik voor een tussenstop neer in de Belgische Ardennen. Het fraaie stadje verandert ’s avonds in één grote vreetschuur waar je lastig aan bod komt. Al helemaal als eenling; men wenst uitsluitend stellen of gezinnen een plaatsje te bieden. Na enkele keren te hebben botgevangen, ben ik het beu. „Mijn man is onderweg, maar heeft een lekke band”, meld ik bij een pizzeria. Begripvol word ik direct naar een tafeltje verwezen waar ik alvast bestel ‘in afwachting van mijn man’. In alle rust ga ik uitgebreid zitten eten. Soms raadpleeg ik even mijn telefoon: waar blíjft die man toch?

    Dorine Steenbergen

  21. DSR wordt altijd een beetje moe van mensen die het over ‘vreetschuren’ hebben. Als je ergens we ruime keuze in hebt, is het wat betreft eetgelegenheden, en uiteindelijk doen we allemaal de volgende dag ons gevoeg.

    En als het dan zo erg is, ga dan een dorpje verder. Of haal dat, op zich geinige, trucje uit bij een sterrenrestaurant in plaats van een pizzaboer.

  22. Deugt aan alle kanten niet, dit ikje. En Dorine is er nog trots op ook. Laten we hopen dat het in ieder geval nog uit de oude pre-corona doos komt. Anders deugt er nog meer niet, met je vreetschuur.

  23. Qua afbeeldingen inderdaad een raadsel waarom die mooie header wegvalt, mobiel althans, als je het verhaal aanklikt. Het is niet anders. In dit geval verwarrend omdat zowel de header als de avatar van Timmer een mondkopje dragen. Die van Timmer ondersteboven. De koe weet wel hoe het hoort. Maar staat dan weer niet voor een boekenkast.

  24. Die van mij is gespiegeld niet ondersteboven. Uit mijn hoofd staat er:
    Social Distancing Starts
    NOW

    Ik heb nu zes maskers en geen is perfect. Ik blijf zoeken. Ik mag dit van mijzelf aangezien ik al op 30 januari een doos van 50 maskers bij Bol heb gekocht onder meewarige blikken van zelfs heel dierbaren. “Denk je echt dat het hier komt?”
    14,45. Een week later 50 voor 39,95. Dat had ik ook voorzien maar ik ben te
    a) lui
    b) dom
    c)
    en ik wil(de) hieraan niet verdienen

  25. Die zes maskers zijn van stof en wasbaar. Die eerste doos van 50 waren weggooi maskers maar tot ik betere had deden we er toch maar zuinig mee. Al gaf ik gul aan de meewarige opdat ze niet zonder ons huis zouden betreden. Over hand spul wil ik het liever niet hebben. Oplichters, overal.

  26. Het schijnt dat je gemakkelijk je eigen handspul kunt maken. Met Tim’s ruime voorraad spiritualien moet het toch geen probleem zijn dat op te werken naar weapon-grade?

  27. De term vreetschuur haalt dit ikje helemaal onderuit.
    Terwijl het toch zo’n belangrijk onderwerp is. Dorine was best een beetje dom.

    Het mondkapjes verhaal van Timmer, dat geloof ik. Morgen gaan we er allemaal mee aan de haal. Hier is alles voordat de prijzen omhoog floepten aangeschaft.

    En een nachtcamera. Dieren in het donker filmen of fotograferen. Tot nu toe staan we er vooral zelf op. En een vliegensvlugge uil.

  28. Vanmiddag heb ik bij de lidl een mondkapje gekocht, wit en wasbaar het staat niet onaardig en zit prima.
    Morgen maar eens mee de straat op ben benieuwd…

  29. Krantenwijk

    Apetrots vul ik als Amstelveense scholier, 50 jaar geleden, mijn fietstassen met de nieuwe prachtkrant. ‘Het’ Handelsblad NRC in de linkertas en ‘de’ NRC Handelsblad in de rechter. Het eerste exemplaar is met 32 pagina’s (64 op het huidige formaat) veel dikker dan zijn voorgangers: het Algemeen Handelsblad (voor de 020-lezers) en de Nieuwe Rotterdamse Courant (voor die uit 010). In mijn dorp is de tweede groep in de minderheid, dus helt mijn fiets naar links. Voor een beter evenwicht verwissel ik er af en toe een paar, tot woede (en zelfs opzegging) van sommige lezers. Ook al maakt het voor de inhoud geen moer uit.

    Kees de Jong

  30. Ja, hallo! Waar zijn we mee bezig, NRC? Fijne jubileumweek toegewenst, maar daar hoeven we als lezers toch geen last van te hebben.

    Ondanks de veelheid aan materiaal voor een daverend Eindoordeel begint DSR er vandaag niet aan. Hij zingt geen twee liedjes voor dezelfde cent.

  31. Vandaag is in Brussel de mondkapjesplicht afgeschaft, behalve waar je er wel een moet dragen. Er komt nog eens knokkerij van.

  32. Nee hè, de krantenbezorgers hebben een oproep gekregen om ook eens iets in te sturen? Who next? De koffiedames van de redactie, de portieren en schoonmakers? In plaats van een loonsverhoging?

  33. Wat is dat trouwens met de doorgaans zo gezapige NRC-lezers en schuttingtaal? Gisteren ‘vretenschuren’, vandaag ‘geen moer’? En morgen ‘opsodemieteren’, ‘porum’, ‘schijthuis’?

  34. Kees de Jong kan wel een schrijverscursus gebruiken. De eerste zin is misschien door de cursus geïnspireerd, schrijven in de tegenwoordige tijd, terwijl het voorval zich vijftig jaar geleden voordeed.
    De naar links overhellende fiets vind ik een grappige verwijzing naar de inhoud van de fietstassen.

    Morgen hopelijk een ikje over hoe spannend het krantenwijkje werd met meerdere fietsers voor verschillende kranten. Met daarbij liefst scheldwoorden die je nog niet kende.

  35. Try-out

    Eerste try-out van een toneelstuk. We zitten al vroeg in de zaal, op gepaste afstand, huishoudens ruim gescheiden. Aan een alleen zittende dame wordt gevraagd of ze toch niet liever naast haar verderop zittende man wil zitten, want dat kan. „Nee hoor, alsjeblieft niet, ik zit liever hier, hij is namelijk de regisseur en even niet te harden.”

    Ferdinand Hoogewoud

  36. Leuk ikje.
    Ik durf allang niet meer naar toneel/ballet/concert/film/museum. Hopelijk wordt het ooit weer gewoon.

  37. Tuurlijk wordt het weer gewoon. Maar kan nog best eens een jaartje duren helaas. Zelve bezoek ik al wel weer concerten, maar alleen in de open lucht, restaurants ook bij voorkeur buiten of met openstaande ramen. Kleine benauwde dingetjes mijd ik.

  38. We aten een ijsje op de veilige manier, tafels ver van elkaar. Oerongezellig, de volgende neem ik thuis uit de diepvries.

  39. Onvermijdelijk hoor je hier en daar een vergelijking met Wereld Oorlog twee. Terwijl we Jan Lammers en Victor Vlam wat mij betreft even graag als tRUmp op de brandstapel van het centrum van het dorp elkaar zien uitlachen. Victor zou zich hier misschien wat op de vlakte moeten houden…
    Maar wie ben ik? Een rechter? De lachende Rechter? Ik ben OOK vaak niet te harden.
    Wereld Oorlog twee… wanneer? Wanneer werd het een Wereld Oorlog? En wanneer de tweede?
    Alles is een TONEELSTUK. Victor Vlam is USA deskundige van radio1, en schrijft een boek over hoe je succesvol zaken kunt doen met de regels van Donald. Die dus nooit een zakendeal tot een succes heeft gemaakt. Maar hoe onafhankelijk klinkt hij op de radio wanneer hij geld verdient met zijn boekje? Iedereen heeft een boekje. Geen Toneelstuk, dat heet nu Podcast maar daar verdien je nog geen banaan mee.

    Jan Lammers is en was de Formule 1 deskundige van radio1. Ook toen hij zogenaamd onafhankelijk bericht deed over het circuit in Zandvoort van Prins Huisjesmelker. Al die tijd had hij een contract als circuit directeur in zijn binnenzak. Nu dit bekend is, is hij nog steeds radio1 deskundige. Heeft hij ooit een race uitgereden eigenlijk?

    Alles wordt weer normaal. Ooit duurde het van 10 mei 1940 tot mei 1945 (behalve voor die duizenden Nederlanders die in De Oost door de Jappen werden mishandeld tot half Augustus. Wat tot een jaar of vijf geleden altijd verzwegen werd.)

    Dat was de Epiloog van de vorige eeuw.
    Zitten we nu nog in de Proloog?

  40. Prik

    Het is weer tijd voor de griepprik. In de wachtrij bij de dokter staat een hoogbejaarde man anderhalve meter voor mij, leunend op zijn stok. De doktersassistente, gekleed in een maanpak, roept naar hem dat hij aan de beurt is. Hij schuifelt naar voren en begroet haar bij naam. „U herkent me gewoon ondanks dit gekke pak!”, zegt ze verbaasd. „Natuurlijk”, antwoordt de bejaarde man, „ik dacht direct bij binnenkomst: daar is ze, die knappe assistente!” Ze giechelt. „Weet je”, verzucht de bejaarde man, „de tijden zijn misschien veranderd, maar de mensen niet.”

    Linda van Deventer- van Reenen

  41. Haha, inderdaad. Vanaf ‘Ze giechelt’ kan weg, daar knapt dit ikje iets van op.

Ik vind er dit van: