Wanneer mogen we eindelijk naar binnen? (341)

Over ikjes en aardappels

Een simpel hotel in Amsterdam. Een ziekenhuis ergens niet in België. Een schoolplein in regio Noord. De vloer ergens in de wereld. De Molukkenstraat in Amsterdam. De trein. Daar vonden ze plaats, de ikjes uit de NRC van vorige week. Man man, het was weer smullen. Lees er alles over in dit wekelijkse blog dat de vorige week afsluit en de komende week aftrapt. Qua ikjes dan.

„Het probleem is, dat hij moeilijk een trap naar boven kan lopen en zij moeilijk naar beneden.”

Ernst van de Wetering

Een overleden BN’er krijgt geheid een ikje in de NRC. Lezers willen graag laten weten dat ze de overledene weleens hebben gezien en doen daar schaamteloos verslag van. De overledene kan toch niets terugzeggen. Zo ook Nella Bellaar Spruyt, nee, die leeft nog, dat is geen BN’er hoewel je met zo’n naam best in de Tweede Kamer had kunnen zitten. Nella is de NRC-lezeres. Ze had jaren geleden de inmiddels overleden kunsthistoricus Ernst van de Wetering aan de telefoon. Want dat telt ook, je hoeft ze niet perse in het echt ontmoet te hebben. Ernst had haar gevraagd of ze een simpel hotel in Amsterdam wist voor een ouder Engels echtpaar. Nella werkte destijds dus voor de VVV, denk ik dan zomaar. Ze zei iets en toen zuchtte Ernst “diep” (komt veel voor in de ikjes, dat ze diep zuchten). Toen sprak hij het onsterfelijke zinnetje: „Het probleem is, dat hij moeilijk een trap naar boven kan lopen en zij moeilijk naar beneden.” Hoppa, Nella blij. Wij niet. En van Ernst weten we het niet, afhankelijk van je levensovertuiging zit hij nu ergens hoog in de lucht een psalmpje te kwelen op een wolk of doet hij het met een fors aantal maagden.

“Fijn voor de inzender dat de eminente kunsthistoricus bij haar te rade ging. Want ja, een hotel in Amsterdam, dat is nogal wat …” sneerde De Schrijvende Rechter (DSR), onze hoofdikjesbeoordelaar. “Zouden er niet wat spannender verhaaltjes over hem kunnen verschijnen?” vroeg Pawi zich af. “Hij was dé Rembrandtkenner en had nog niet zo lang geleden een conflict met ene Jan Six, die beweert ook een Rembrandtkenner te zijn, maar zijn collega’s voorloog.” Ook Bertie, Lummel en Klare Taal vonden er wat van, maar ik moet door naar het tweede ikje.

Gepoept heb ik wel dokter, maar ik ben gelukkig niet zo bekakt als u

Patient van Anne Roos van der Endt

Dat ging over de stoelgang en de vraag van een Vlaamse dokter aan een patiënt of deze nog gepoept had. Deze denkt kort na (dus niet diep) en antwoordt gedecideerd en met een kleine glimlach: „Ja, gepoept heb ik wel dokter, maar ik ben gelukkig niet zo bekakt als u.” Anne Roos van der Endt – de Vlaamse dokter in kwestie – schreef het voor ons op. Volgens DSR is Anne van de “nieuwe generatie artsen die hun gespreksverslagen integraal naar de krant opsturen … om moedeloos van te worden”. “Het moet niet zo moeilijk zijn een algoritme te ontwerpen om dokters te weren van de achterpagina”, merkte Pawi vals op.

Lummel herdacht tussendoor het overlijden van Charlie Watts met een schattig homevideootje van de Stones. Hij had hem kennelijk nooit ontmoet, schreef er althans geen ikje over.

En toen was het alweer tijd voor het derde ikje. Dat ging over buiten spelen op een schoolplein in regio Noord. Marianne van Peet geniet van het stralende weer en wordt door twee meisjes die op een bankje zitten in koor toegeroepen: „Juf!! Wanneer mogen we eindelijk naar binnen?” Perfect synchroon, mooi hoor. Wat of de pointe was werd niet duidelijk. “Grappig dat je zo kan verlangen naar school. Al die weken vakantie eindelijk voorbij” suggereerde Pawi.

We konden er niet te lang bij stilstaan want hopla daar ramde de NRC het vierde ikje alweer van de persen. Ene Joop van de Leemput had een vriend en die was ontroostbaar. Wat was er gebeurd? De vriend had op de vloer een spartelend goudvisje aangetroffen. Die ging daarna meteen dood, qua vis dan, niet qua vriend. In de tuin kwam er diezelfde dag nog een grafje met gekleurde steentjes en een waxinelichtje. Toen Joop hem ’s middags vroeg wat ze gingen eten, antwoordde de vriend “zalm”. Pawi merkte op dat de goudvis kennelijk naar vrijheid had gesnakt, maar de gevolgen van de sprong niet had overzien.
“Zou je werkelijk een band kunnen hebben met zo’n diertje?” Hooguit een zwemband, antwoordde een grappenmaker. Ilona verhaalde over haar aquarium waar een nieuw type sluierstaartje maar bleef groeien en groeien. Het beest barst inmiddels bijna de bak uit en Ilona is er klaar mee. Ze wil geen nieuwe meer. ” … Elke ochtend hangt die grote met opengesperde bek aan het oppervlak te bedelen om voer.” Moby Dick heet hij en de kleine Goldilock, zie foto.

Aquarium met Gigasluierstaart en bijna dood ander visje (c) Ilona Productions

Ik ben de tel kwijt, maar we zijn nu toe aan het vijfde ikje van vorige week, het ikje dat door Mireille Berman geschreven werd en op vrijdag in de krant verscheen. Ze fietste door de Amsterdamse Molukkenstraat en toen scrolde ik door. Kotsmisselijk als ik word van Amsterdamse humor.

Lummel meldde zich tussendoor netjes af, hij knijpt er een weekje tussenuit en gaat daar waar de moules, huitres en palourdes zijn. Bretagne denk ik dan in mijn onschuld. Maar het kan ook elders aan de Franse kust zijn.

Het laatste ikje van de week, de zesde dus, want op dag zeven rustte de Schepper uit van het scheppen en worden er sinds die tijd ook geen ikjes geplaatst, op zaterdag dus verscheen dat laatste ikje, het was me er eentje van Hans Romijn. Hij had heel vroeger met maar liefst zes Hansen in de klas gezeten. Op bevel van de leraar hadden ze allemaal een bijnaam moeten kiezen. Die van Hans Romijn werd “Aardappel”. Zestig jaar na dato zit Hans in de trein en er is een mevrouw die hem steeds aankijkt. Uiteindelijk vraagt ze: “Meneer, mag ik u wat vragen? Bent u Aardappel?” Een van de betere ikjes van de week, vonden we allemaal. Maar tegenwoordig, zo merkte DSR op, zou een leraar voor zoiets gedefenestreerd worden. Heer Rozenwater zocht er zoals gebruikelijk een leuk plaatje bij. Van een aardappel. Hoe toepasselijk.

Wil jij net als DSR, Pawi en andere reageerders kans maken om in het volgende intro voor te komen? Wil jij ook aardige vondsten debiteren naar aanleiding van ikjes? Wil je plezier hebben met onbekenden die voor je het weet je vrienden zijn? Misschien wil je een uitnodiging voor de jaarlijkse bijeenkomst van de auteurs en reageerders van deze site? Een keer meedoen aan het nieuwe interactieve Van Vuren Gezellige Reageerders Zoemuurtje ©? Of zeg je: doe mij dat maar allemaal?

Je wint een zwaarverguld lepeltje als jouw reactie precies de 100e is

Doe dan aan deze leuke rubriek hier op deze leuke site mee. Ga eens wat ikjes lezen, die staan verstopt op de NRC, die krant die zo van lezersanekdotes houdt. Stuur zelf een ikje in. Scrol naar beneden en zeg iets. Dat mag met een fantasie-emailadres en ook met een nom de plume. Je wint een zwaarverguld lepeltje als jouw reactie precies de 100e is. Of de 200e, 300e enzovoort tot in het oneindige. Lepeltjes zat.

Voor je het weet kan een citaat van jou, een foto van jou, een wat dan ook van jou, een hoogtepunt van de week worden. Heb je inspiratie nodig? Raadpleeg de afleveringen van deze rubriek elders op dit blog. Ook een aanrader als je er even tussenuit bent geweest.

Bas van Vuren, aangenaam!

Reacties zijn welkom via het reactieveld, het contactformulier of een email naar bas@basvanvuren.org

Het wordt een prettige week. Als je vindt dat het geen prettige week moet worden, voel je dan vrij om elders te gaan buurten. Daar waar er meer zijn zoals jij. 

De foto helemaal hierboven – wij vakmensen noemen het de header image – laat traditiegetrouw een stukje offline leven van mezelf zien van de afgelopen tijd. Nou, jullie zien het wel. Ik zat weer eens binnen met Google te spelen. Dit is een Blauwe Rus, die je als een 3D virtual reality ding overal in je eigen interieur kunt plaatsen. Net echt. Misschien zie ik volgende keer weer iets anders.
Foto: “Virtuele Blauwe Rus” © 2021 Bas van Vuren

Auteur: Bas van Vuren

Schrijver - Rijmer - Kijker - Kent beroemde mensen - Maakt liedjes - Doet iets met #ikjes - Want ja - Je moet toch wat

67 gedachten over “Wanneer mogen we eindelijk naar binnen? (341)”

  1. Perziken

    Ze zien er rijp uit, maar schijn bedriegt. Ik leg ze toch maar in mijn kar. Sommige dingen hebben tijd nodig. De scholier aan de kassa, verse aanwinst, schuchter ogend, wellevend („een goede middag mevrouw”), bekijkt ze en voelt er aan. „Nectarines?” probeert hij. „Perziken”, zeg ik, terwijl ik alvast wat spullen in mijn trolley stop, „maar zo hard dat ik je hersens ermee zou kunnen inslaan”. En dan, moederlijk: „Maar zal ik niet doen hoor.” De jongen zwijgt, weegt ze af, slaat ze aan en vervolgt zijn werk. Gefocust. Ik heb met hem te doen. Als ik de perziken van de band pak komt uit het niets: „Of een jaloerse ex.”

    Edith van Leeuwen

  2. Hoera en goedemorgen, nu is het een echt ochtendintro. Heel goed.
    Van het ikje is de laatste zin prima. De rest kan ze beter even vertalen.

  3. Het is nog wat vroeg in de morgen op deze eerste dag van de week die tevens laatste maandag van deze maand is. RIP Sjarel, het is mooi geweest maar de stones zouden zich beter de Niersteentjes noemen of rolstoelstenen. Het is mooi geweest zoals ik reeds zei.

  4. Pfff….spekkige mooischrijverij ten koste van een scholier die afwisselend wordt bemoederd, genard en neergezet als een slome duikelaar.

  5. ‘God heeft alles omgekeerd’ zongen we vroeger op school over Jozef, die gezeten om zijn troon zijn broers, die hem als slaaf hadden verkocht, weer onder ogen kwam.

    Daar moest DSR toch wel even aan denken, toen de afgelopen week een zekere reageerder meerdere malen werd gemodereerd wegens verregaande grofheid. In de loop der tijd is deze reageerder waarschijnlijk een van de meest gemodereerde van alle reageerders uit de huidige Ik-jesbesprekingsgemeenschap.

    En dat terwijl deze zich reageerder jarenlang heeft gepresenteerd als de in fatsoen uitblinkende nemesis van DSR, die dezelve wel eens zou opvoeden! -milde glimlachicoon-

    ‘Veroordeeld’ wegens privacyschennis, uiterst ongepaste opmerkingen over reageerders en taboe-onerwerpen…. En dan te bedenken dat DSR nog nooit is gemodereerd! (tenminste niet om inhoudelijke redenen, al hebben sommige blogbazen het moderatiewapen wel eens ter hand genomen wanneer ze het niet eens waren met DSR. Enfin, dat is uit de wereld).

    -milde glimlachicoon-

  6. Een fraaie titel van het introotje trouwens.

    Een voorafschaduwing mischien van de herfst, wanneer het volk weer smeekt om strenge maatregelen tegen de zoveelste golf?

  7. Perziken zijn steenvruchten. Meer heb ik niet te zeggen over dit ikje. Ik was al blij dat ik er doorheen kon komen.

  8. Puik intro weer, ‘uit de kunst’ om met de woorden van mijn schoonvader te spreken.
    Het ikje is een echt maandag-ikje imho!

  9. Motorolie

    Maandagmorgen begint met een wandeling met buurjongetje Louis (1 jaar, 10 maanden). Hij is dol op auto’s. Meestal gaat er een autootje mee. Vaak loop ik bij een garage binnen, om hem vertrouwd te maken met de geur van motorolie. Onderweg priemt hij een paar keer zijn vingertje in de lucht: „Canta!” roept hij blijmoedig. Inderdaad een Canta op de stoep, zo’n ‘oude van dagen’-autootje, inmiddels in Amsterdam uitgegroeid tot hip vervoersmiddel. Even later staan we op een schoolplein. We raken in gesprek met de vader van Boaz. Ik vertel dat Louis moeiteloos een Canta aanwijst. Vader kijkt mij aan. „Mijn zoontje ziet alle Tesla’s, feilloos.”

    Gerda J. van Ham

  10. De meest raadselachtige zin is nog wel die waarin ze zegt “om hem vertrouwd te maken met de geur van motorolie”. Hoezo dan? Waarom moet dat dan? Verder moet ik Canta googelen en snap ik de clou niet en vind ik het “vader kijkt mij aan” lelijk. Wie zou hij anders aankijken? Nee Gerda, doe maar niet als je niks meemaakt.

  11. De inzender werkt zeker voor Shell en probeert de liefde voor de fossiele brandstoffen al vroeg bij te brengen.

    (In de wandeling noemen we een kindje van 1 jaar en 10 maand ook wel bijna twee jaar.)

    De vader is dan zeker meer gecharmeerd van Tesla en daar heb je dan je discussiepunten anno 2021.

    En hou eenvoudige voorvallen asjeblieft eenvoudig. Je staat niet onder ede om de gehele waarheid te vertellen.

  12. Het goede nieuws is (volgens NRC voor mens en planeet) dat er vanaf vandaag nergens meer benzine met lood is te verkrijgen. Alleen nog ongelode. En over tien jaar ook die niet meer, vermoed ik.

  13. Tien jaar lijkt me erg weinig om in Europe van de bezine af te raken, laat staan wereldwijd.

    Inmiddels is hier een paardentram beschikbaar voor schoolkinderen. Gaat wel heel traag….

  14. Die elite ook altijd! Ik dacht dat de mensen die door de digitalisering overbodig waren geworden als duwers zouden worden aangesteld.

  15. ….en natuurlijk moest erbij worden vermeld dat zoiets ‘in Amsterdam’ een hip vervoersmiddel is…. -zucht-

    Welnu, zo’n halfwas bakkie is nergens hip, hooguit noodzaak.

    Hopelijk dempen de provinciejongens met Koningsdag de grachten met die malle dingen, desnoods met de bestuurders er nog in.

  16. Blauwtje

    Op een van mijn dagelijkse wandelingen – bewegen móét op mijn leeftijd – komt een jongeman mij tegemoet met aan elke arm een zeer bejaarde dame.

    Als zij schuifelend dichterbij zijn gekomen zeg ik tegen hem: „Ik ben jaloers op je.” Hij antwoordt: „Dat begrijp ik, maar ik sta ze niet meer af.”

    De beide dames glimlachen me toe.

    Tom Segaar

  17. Lieve help, het wordt steeds meer een knekelhuis. De vergrijzing laat zich gelden.

    Bewegen moet trouwens op elke leeftijd.

  18. Wegpiraat

    Ik fiets over de Lange Vijverberg. Langs mij stuiven drie zwarte auto’s. Er wordt iemand naar zijn werk gebracht. Nu scheurt een motorrijder rakelings langs mij over het smalle fietspad. Verderop voegt hij zich bij de zwarte auto’s. Ik tref de man onder de poort naar het Binnenhof en spreek hem aan op zijn idiote gedrag. Nog iemand, met kindje, fietst naar hem toe en schreeuwt: „Je had me dood kunnen rijden!” De man ritst zijn jas open en laat een penning zien. Marechaussee in burger. „Ik weet wat ik doe. Ik heb een opleiding gevolgd.”

    Peter Vader

  19. …..toen was een seconde stil en barstten we in lachten uit. Als uit een keel klonk het: “Amsterredammerds! Als je ze bijna aanrijdt, willen ze je voor je bek slaan, maar als ze elkaar buiten de stad treffen, is het meteen gesellig!”

  20. 😆
    Wie wordt er met drie zwarte auto’s naar zijn werk gebracht? Moesten ze niet bij de rechtbank zijn?

  21. Lummel stuurt dit plaatje van een bord spaghetti alle vongole. Ik zie net als jullie schelpdiertjes en gis dat het een vakantiemaaltje is. Heb ik gelijk, Lummel? Zelf gemaakt of in een etablissement met corona certificaat?

  22. Lummel onze gourmet – cuisinier viert vakantie en vergeet ons niet, heel attent merci….het ziet er heerlijk uit!

  23. Yum, spaghetti alle vongole, een van mijn lievelingsgerechten. Overigens lijkt de pasta in het plaatje van lummel meer op fettucine. Ook heerlijk, natuurlijk. Maar dat het in een minuutje klaar is, lijkt me overdreven. Die schelpjes laten zich niet zomaar uit het zand trekken, toch?

  24. Hermans

    Jaren geleden had mijn zoon De donkere kamer van Damokles nodig voor zijn mondeling Nederlands in het examenjaar vwo. Dat zou enkele dagen later al worden afgenomen, dus als bezorgde moeder snel naar de plaatselijke boekhandel. Na lang zoeken toch maar even vragen. „Heeft u De donkere kamer van Damokles?” Er wordt gezocht. Het antwoord: „Nee mevrouw, van Damokles hebben we niks.”

    Ingrid Wedershoven

  25. De tekst op zijn gedenksteen, pas onthuld, doet aan lummel denken.
    ‘Zlaap zacht, baaz, dat doe ik ook’.

  26. Dan heb ik nog 39 jaar voor mijn Elsschot-Ik-je.

    Ik hoop trouwens dat ik t.z.t. de ruggegraat zal hebben om niet als ‘bezorgde vader’ mijn bijna volwassen kroost uit de nesten te helpen met iets dat ze al een jaar vantevoren konden zien aankomen. ‘Maar ja, ’t blijft toch je kind, he?’, om met Ma Flodder te spreken.

  27. 7 mei 1882 was de geboortedag van Alphons de Ridder, alias Elsschot.
    Reken maar na, over 39 jaar kunnen we dat herdenken. Hopelijk neemt iemand het voortouw.

    En anders kan zijn sterfdag 31 mei 1960 herdacht worden, over 61 jaar. Liefst allebei natuurlijk.

  28. Nee nee, sterfdagen moet je niet herdenken, vind ik dan tenminste, gek mannetje dat ik me d’r eentje van jullie ben. Geboortedagen, die moet je herdenken en vieren tot in de eeuwigheid.

  29. Over het ikje nog. Jammer dat ze het thuis niet in de boekenkast had staan. En jammer dat de bibliothecaresse de titel niet onmiddellijk herkende. Nou ja, dat was de pointe.

    Sterf- en geboortedata worden allemaal gevierd als je maar lang genoeg dood bent. Radio4 zit er vol mee.

    Voor mij mag de geboortedag va Fellini worden gevierd. Wie weet is Eye ooit zover.

  30. @pawi
    Inderdaad, 7 mei 1882 was de geboortedag van Elsschot. Waarom zouden we dat over 39 jaar, d.w.z. in 2060 gaan herdenken? Ik zal daar zeker het voortouw niet toe nemen.
    En uiteraard kan zijn sterfdag (31 mei 1960) over 61 jaar herdacht worden. Maar waarom zou je dat doen in 2082? Dan lijkt me 2060 toch meer voor de hand liggen.

  31. Goeie vraag. Waarom wordt de honderdste geboortedag van Hermans zo uitvoerig herdacht?

    PS Wanneer ben jij geboren, Bertie?

  32. Leeg

    Tijdens onze vakantie hebben onze uitwonende kinderen bij momenten gebruikgemaakt van ons huis.

    Als ik, in de eerste week na terugkeer van onze vakantie, bij de glasbak sta om de lege flessen weg te brengen, kijk ik naar het mij onbekende etiket op een wijnfles.

    Een rustig op een elektrische fiets langsrijdende oudere heer merkt op: „Hij is echt leeg hoor!”

    Hans Brand

  33. Is er een gebeurtenis dan? In een Ik-je?

    Alternatieve laatste zin: “Lekker weertje, buurman!”

  34. In ieder geval niet de wijnvoorraad van de ouders leeggeplunderd.
    Om de snedige opmerking van de voorbijganger heeft hij waarschijnlijk zelf het hardst moeten lachen.
    Nieuw in dit ikje is, dat oudere heren ook rústig op een elektrische fiets kunnen rijden. Dat zie je niet vaak.

  35. Het ontbreekt APD niet aan moed door het verkennen van die tiny URL.

    De plaatser noemt wat wij op deze site doen ‘ontuchtig’. Dan spoor je niet helemaal en kan er wel ik weet niet wat achter zo’n link schuilgaan.

  36. Ja, ik houd er ook niet van die tiny Urls. Het was met angst en beven dat ik het toch even aanklikte. Mensen die tiny gebruiken moet je wantrouwen. Echt. Maar goed, het ging dit keer goed.

Ik vind er dit van: