Kwiek. Uitgeraasd. Vrolijk. Bezorgd. Filosoferend. Indringend. Alle gemoedstoestanden kwamen weer aan bod bij de NRC-lezers vorige week. Ze schreven het van zich af via de ikjesrubriek. Lees hier de hoogte- en dieptepunten. Doe maar gauw. Dan mis je het niet en ben je weer klaar voor de nieuwe ikjesweek.
Als het al de kinderen niet zijn die schaterend rond het ziek- of sterfbed staan
Kwiek was de 88-jarige pianolerares van Frans Stoks, die vertelt dat ze het maar druk heeft met al die werklui in haar huis. „Je merkt toch dat je geen tachtig meer bent,” grapte het muzikale besje. Het ikjespanel vond het een valse noot, want ja, bijster origineel is de uitspraak niet en we worden al jaren overspoeld met ikjes over mensen die ouder worden of het al zijn en vertellen wat er allemaal door hen heen gaat. Als het al de kinderen niet zijn die schaterend rond het ziek- of sterfbed van pa of ma staan.
Suske biechtte op dat hij tot de 60-plussers behoort, maar dat hij geen idee heeft of dat invloed heeft op de blogs die hij schrijft. “Bloggers zijn nu eenmaal een bejaard collectief dat beetje bij beetje aan het uitsterven is.” Nou, krek dat hij gelijk heeft, maar zijn blog, “De dingen des levens!”, zou ik niet willen missen. Geen dag. Leuke cartoons om te lachen. Muziek op zondag. Wederwaardigheden en meningen. Reportages en minireportages, bijvoorbeeld over zijn 23 jaar oude waterkraan buiten. Nou, toen moest er een nieuwe komen. Wat er toen gebeurde geloof je niet …

Neem daar maar eens een (gratis) abonnement op, zou ik zeggen. En tja, het is een feit, er is niemand onder de 40 die nog blogt. De jonkies zitten op YouTube, Insta en TikTok. Daar hoef je niet na te denken, niets op te maken, niet te formuleren, niet te spellen, niet te corrigeren, daar knal je alles in een milliseconde op het web en liken en sharen maar! En Bertie, toch ook niet een van de jongsten meer? Die vond het allemaal maar “slap ge-o.h.” en ze haalde er een oud spreekwoord voor uit de dekenkist: “’t is l… maar het praat.” Goede inzendingen worden beloond met een viltje naar keuze.
die praten niet terug als je ze onbeschoft behandelt, die gaan gewoon meteen dood
Tijd voor de hersenchirurg. Jan Stuyt zat in de trein en sloeg een woedende treinpassagier gade die “onredelijk tekeer ging” tegen de conducteur. Kun je ook redelijk tekeer gaan? Maar goed, de passagier is uitgeraasd en springt de trein uit, ondanks de waarschuwing, in het Italiaans, zo uit het treinvenster. Jan kijkt de man niet eens na. Nee, de bruut kijkt de conducteur meelevend aan. Die haalt zijn schouders op. Jaja, schrijven is beschrijven, hoor. Wat een entourage wordt hier neergezet. Wat een decor. Qua clou zei de conducteur uiteindelijk: „Was ik nou toch maar hersenchirurg geworden.” Jazeker, zo gevat kunnen conducteurs zijn. Zeker in treinen uit Amsterdam. Want ja, de klanten van zo’n hersenchirurg die praten niet terug als je ze onbeschoft behandelt, die gaan gewoon meteen dood, zoiets bedoelde de rijdende geinponum. Mijn humor is het niet.
Marjolein van Eig vertelde over een groot avontuur dat ze had beleefd samen met haar dochtertje van 8 in Den Haag. Bij een parkeerautomaat! Nou, dan weet je het wel, dat zou weleens afgrijselijk kunnen worden. Eerst was er gedoe met muntjes, pinpas, zones en parkeertijden. En toen kwam er ook nogeens iemand aanlopen met een bekend gezicht. Niet in zijn handen of in een koeltas, maar dat gezicht was van die voorbijganger dus. Marjolein twijfelt of ze de man kent en besluit dan maar te groeten. Ze krijgt een vrolijke groet terug. Dus ja, dat kan er in Den Haag maar eentje geweest zijn. De premier. Haar dochtertje wist het wel. Einde verhaal.

De man ging groetend en schaterend door het leven en dat ging, volgens de mensen die er verstand van hebben, de zogenaamde gezaghebbende politieke duiders, irriteren toen er grote problemen aankwamen die niet opgelost werden of zelfs door hem gecreeerd. In dat gave land van hem. Als je dan blijft lachen dan begrijp je het niet helemaal en toen was het dus toch nog plotseling voorbij. Als dat de collectieve waardering is (“hij is altijd zo vrolijk”) dan blijft er van je premierschap wel erg weinig hangen.Ja toch? Niet dan. Het zal je legacy maar zijn. Tegenspraak komt er op dit blog zelden en da’s best wel lekker voor de afwisseling. Krijg ik in het dagelijkse leven al genoeg.
Ze voelt ineens hoe groot haar lijf is
Maaike Nap, dat is me d’r eentje. Die schreef me d’r toch een lap filosofische tekst, zeg. Keessie de Gymnasiast zou er zijn vingers bij aflikken. Als hij hier althans eens wat zei. Dat hij nog altijd meeleest, dat weet ik. „Als we de tijd zouden loslaten, zou hij het niveau wel halen.” Daarmee liet Maaike een onbekende filosoof aftrappen. Ze voelde bij die wijsheid geen neiging tot reageren, maar ze voelt ineens hoe groot haar lijf is en er “dringen zich flarden van vragen” aan haar op. Maar, oh jeetje toch: “Geen enkele vraag vindt zijn weg naar buiten”. Dan fietst ze maar naar huis om tot rust te komen. Ze oefent op die fiets hoe het is om de tijd los te laten. Langzaam, heel langzaam ploegt ze door de striemende regen over de dijk. De dijk waar ze uiteindelijk weleens af zou kunnen rijden, zomaar, pardoes, het donkere water in. Maar dat vertelt het verhaaltje niet.
“Traagschuim” was de treffende typering van Bertie voor dit verhaaltje. Zelf kon ik er ook weinig mee.
De dag daarop was het volgende ikje al niet veel vrolijker. Dat ging over een moeder van een dochter van anderhalf, die zichzelf soms van die “echte moederdingen” hoort zeggen. Ja, duh. Je bent toch ook een moeder? Toen haar dochtertje onlangs haar teen stootte zei Rianne Roggema (want over haar hebben we het) zonder erover na te denken: “Kusje?” Waarom zou je daar dan over na willen denken, Rianne, vroeg het hele panel zich in verbijstering af. Het is toch een veelvoorkomend voorvalletje van dochtertjes en moeders? Maar goed, die dochter die keek haar moeder aan en ze boog zich voorover en ze gaf zichzelf een kus op haar voetje. Zelfredzaamheid, het zit er tegenwoordig al vroeg in en daar zal ook het volgende bezuinigende kabinet blij mee zijn.
Seks, corruptie en wapens
Het einde van de ikjesweek kon niet vroeg genoeg aanbreken, vorige week. “Indringend” stond er bover het ikje van de zaterdag. Het was geschreven door een beroepsschrijver, Bas Linders, die in het verre verleden als piepjong radioverslaggevertje een NAVO-top had mogen verslaan. Nou, en toen mocht hij dus Joseph Luns interviewen. Bas kleedde zich voor de gelegenheid niet netjes aan, met pak en stropdas, en hij had ook geen rode knoepert van een microfoon zoals Jair en de nieuwe verslaggever van RTL Boulevard, Dries Roelvink. Nee, Bas had lang en zorgvuldig ongewassen vet haar, een vaal spijkerpak, afgetrapte schoenen en hij stelde zijn vragen “vlegelachtig”. Geen wonder dat Luns daar met minachting op reageerde: “Mag ik eens vragen: kruipt u nog veel?” schijnt hij hem toegevoegd te hebben. Dat hij hem daarbij “indringend” aankeek, lijkt me een broodje aap van Bas. Luns was allang weer met iets anders bezig: seks, corruptie en wapens.
Het ikjespanel had bijtende kritiek op het plaatsingsbeleid. De enige aanleiding om deze pietluttige gebeurtenis uit 1979 af te drukken was dat de NAVO-top in 2025 weer eens in Nederland plaatsvindt. Maar met Luns was er niks bijzonders aan de hand. Die is al tientallen jaren geleden overleden en ook niet precies op 15 juli. Ok, het is vandaag, 17 juli, zijn sterfdag maar ook die is niet met een rond getal. Gezeur? Ja, ophouden maar en genieten van de nieuwe ikjes. Die zijn vast een stuk beter dan die van vorige week en ze verschijnen dagelijks in de commentaarsectie van dit blog. Hieronder dus. Doe lekker mee.
Wil jij trouwens net als Suske, Bertie en vele andere reageerders kans maken om in het volgende weekoverzicht voor te komen? Wil jij ook aardige vondsten debiteren naar aanleiding van ikjes? Wil je plezier hebben met lezers die voor je het weet goede kennissen van je kunnen worden? Misschien wil je een uitnodiging voor de jaarlijkse bijeenkomst van lezers van deze site? Of zeg je: doe mij dat maar allemaal?
Je kunt een uniek vrolijk viltje winnen als jouw reactie precies de 100e is
Doe dan aan deze leuke rubriek hier op deze leuke site mee. Ga eens wat ikjes lezen, die staan verstopt op de NRC, die krant die zo van lezersanekdotes houdt. Of stuur zelf een ikje in. Of scrol naar beneden en zeg iets. Dat mag met een fantasie-emailadres en ook met een nom de plume. Je kunt een uniek vrolijk viltje winnen als jouw reactie precies de 100e is. Of de 200e, 300e enzovoort tot in het oneindige. Of voor een ander aangenaam dingetje dat je hier op de site doet. Viltjes zat. Maar voel je je te goed voor zo’n viltje? Helemaal prima, dan laat je dat – liefst discreet – even weten en dan gaat dat viltje naar iemand die het wel weet te waarderen.
Voor je het weet kan een citaat van jou, een foto van jou, een wat dan ook van jou, een hoogtepunt van de week worden. Heb je inspiratie nodig? Raadpleeg de afleveringen van deze rubriek elders op dit blog. Ook een aanrader als je er even tussenuit bent geweest.

Reacties zijn welkom via het reactieveld, het contactformulier of een email naar bas@basvanvuren.org
Het wordt een prettige week. Als je vindt dat het geen prettige week moet worden, voel je dan vrij om elders te gaan buurten. Daar waar er meer zijn zoals jij.
De foto helemaal hierboven – wij vakmensen noemen het de header image – laat traditiegetrouw een stukje offline leven van mezelf zien van de afgelopen tijd. Nou, jullie zien het wel. Ik liep weer eens in mijn eigen tuin te stiefelen. Doe ik elke morgen na zonsopkomst. En op andere momenten van de dag ook weleens. Even kijken hoe de bloemen erbij staan. Gaat dat knopje al open? Hangt dat takje nog altijd? Wat doet die molshoop daar? Nou, dit zijn de hortensia’s, ze staan al weer een hele tijd mooi in bloei. Niks mis mee. Een vrolijke groet in de morgen, middag en avond. De Oude Romeinen noemden ze al Hydrangea Ruttiana. Ook deze week – ik voel het gewoon – ga ik weer iets interessants meemaken! Jullie ook? Laat je belevenissen achter in de reacties op dit blog. Hoeft niet literair. Foto: “Bloemen in gave tuin” © 2023 Bas van Vuren
Zomers
Gesprek vanmorgen nadat N (bijna 4) alleen (!) brood was gaan halen:
N: „En ik durfde ook te praten met die mevrouw.”
Ik: „Sprak ze Nederlands of Frans?”
N: „Ze sprak normaal.”
Ik: „Jaaa, maar wij spreken Nederlands, in Frankrijk spreken ze Frans, in Duitsland spreken ze Duits en in Engeland Engels.”
Diepe stilte.
N: „….en in Zomerland spreken ze Zomers.”
Hannah Sanders
Oh, de N heeft een telegram ontvangen (!). En ik (irritatiefactor 9) maar denken dat die niet meer bestonden. Ja, kinderen (van rond de 4) zeggen weleens iets grappigs (!). Mag! Kan! (doei)
Hersenchirurgs die zich laten omscholen tot conducteur. Da’s pas interessant voor de treinreizigers.
Tenen kussende moeders zouden later wel eens een proces aan hun been kunnen krijgen voor grensoverschreidend gedrag.
Misschien moeten ze Luns maar eens uitnodigen alhoewel die nogal uit zijn bek zal stinken na al die jaren onder de grond.
Fijne maandag of iets van die strekking gewenst.
Jij ook een fijne maandag!
N is een interessant kind, volgens de moeder.
Goedemorgen en het intro is weer dik in orde.
Na de vele magerikjes vraag ik me af waarom mijn bijdrage nooit geplaatst werd. Toegegeven, het stelde weinig voor maar dat doen veel andere ook niet.
N. is een afkorting en moet met een puntje. Zelfs dat doet de moeder niet goed. En de eindredactie bestaat al jaren niet meer. Welke bijdragen wel of niet geplaatst worden en waarom wel of niet zal altijd een raadsel blijven, Bertie. Troost je: met de kwaliteit lijkt het maar zijdelings te maken te hebben.
Je t’aime
Lang geleden struinde ik als puber door de platenverzameling van mijn ouders. Ze bleken zes (!) exemplaren te hebben van het singletje Je t’aime… moi non plus van de nu overleden Jane Birkin en Serge Gainsbourg. Mijn oudere zus meldde dat toen het nummer uitkwam, er sprake van was dat het verboden zou worden. Mijn vader heeft toen in een vlaag van zakelijk instinct meteen zes singletjes gekocht in de verwachting dat deze na het verbod enorm in waarde zouden stijgen.
Jasper Boter
Er komt nu bij mij een naamgrapje op dat bij iedereen opkomt 🤭 Maar ik maak hem niet en wens mevrouw Birkin een vredige volgende fase.
Jasper en zus zouden, zo al niet gedaan, nog best wel wat kunnen beuren voor de plaatjes, maar geen fortuin. Heb ik zelf ondervonden met een oud singletje van Nina Hagen. Paar tientjes. Maar de gretigheid van de platenhandelaar zit me nog altijd niet lekker. Misschien had ik het toch niet moeten doen.
Verwarde man
Afgesproken met mijn broer om te gaan fietsen. In de verte zag ik hem aankomen. Ik stapte van mijn fiets. Midden op het fietspad stak ik mijn armen in de lucht, begon wild te springen, spierballen te rollen, even ontzettend stom doen dus. Oh shit! Het was mijn broer niet. De man fietste voorbij, mij angstig aanstarend. Heel in de verte zag ik mijn broer aankomen, de echte. We fietsten samen verder. Even later kwam een politieauto ons tegemoet, zwaailichten, zonder sirene. Waarschijnlijk op zoek naar een verwarde man.
Fred Doornik
Een leuk voorval.
Hier kan ik om lachen.
Mag wel in de krant.
Ja, een enkel mondhoekje krulde er wel van.
Vaag
Als schrijver van romans over de Tweede Wereldoorlog bezoek ik geregeld middelbare scholen. Vaak vraag ik leerlingen of zij de Tweede Wereldoorlogsgeschiedenis van hun (over)-grootouders kennen. Een jongen van een jaar of veertien vertelde daarop over zijn overgrootmoeder die een tijdje ondergedoken had gezeten. Het was een vaag verhaal, ik begreep het niet goed. Hijzelf ook niet.
„Ben je Joods?”, vroeg ik.
„Nee”, zei hij. „Ik ben voor Feyenoord.”
Wilma Geldof
Dit is zeker niet grappig. Antisemitisme, ontkenning van de Holocaust, noem het maar op, we maken ons er terecht heel druk om, maar sommigen die zich er schuldig aan maken, vooral de jonkies, maar vast en zeker ook deze en gene wap … ze hebben werkelijk geen idee wat ze zeggen. Ze zien wel dat er enorme ophef over komt (zoals ook over het bekladden van monumenten en begraafplaatsen met antisemitische leuzen en symbolen) en doen het juist daarom. De ophef. Het effect. Brr.
Geliefden
Op mijn elfde kreeg ik een Barbie en Ken in avondkleding. Wat moest ik ermee spelen? Als meisje dat knikkerde en voetbalde kon ik me geen voorstelling maken van de dagelijkse bezigheden van het stel. Gelukkig wist een vriendinnetje er wel raad mee: „Je kleedt ze eerst uit en dan gaan ze neuken.” Ze rukte de poppen de kleren van het lijf, legde Ken op Barbie en liet hem wilde bewegingen maken. Geschokt droop ik naar huis af, om de plastic geliefden voor altijd onder in een kast te gooien.
Ellen Mastenbroek
Zo dan! Die zag ik niet aankomen! 😂😂😂
En zo is hij ook wel af, geen woord teveel, we zien het voor ons.
Waarom kregen wij geen jongenspoppen?
Nou, dáárom.
Haha, je ouders wilden de kat niet op het spek binden, dan wel op ideeen brengen.
Recht
Bij een rotonde waar fietsers voorrang hebben word ik, bijna, omvergereden. De auto stopt na een paar meter, en door het raampje vraagt de vrouw naast de bestuurder of ik het haar man niet wil kwalijk nemen. Hij heeft namelijk alzheimer, en al die nieuwe regels kan hij niet meer leren. Voor ik iets kan zeggen, praat zij door. „Mannen zoals mijn man hebben dit land opgebouwd na de oorlog en ze hebben er recht op dat mensen ze een beetje ruimte geven.” Ze geeft haar man een seintje, en hij rijdt door – met een stevig vaartje.
Margreet van Schie
Wow! “Krom”!
Verder houd ik het kort, want na het opstaan – iets later vanwege een feestje – merkte ik dat vanmorgen in alle vroegte de perenboompjes zijn afgeleverd. Dat wordt aanpoten vandaag. Einde bericht.