Te vroeg voor gevaarlijke stralen (ikjesrecensies editie 472)

Over ikjes en vrouwendingetjes

De reünie van de bevallings-pufcursus: je zult er maar heen moeten. Of naar een uitvaart zonder Mieke Telkamp. Een volleybalwedstrijd waarin een speelster wordt gemarteld. Of naar een bos met blaffende kruisingen. Om maar te zwijgen van de boekenkast van je ouders. Wat je daar aantreft … Nou, dat lezen jullie hieronder, want dit is weer de nieuwe aflevering van de NRC-ikjesrecensiereeks. Leuk toch? En welkom alle nieuwe lezers die via het Tekstblad onze bezoekersstatistieken aan het opkrikken zijn. Keileuk. En je mag natuurlijk altijd mee doen. Niet verplicht.

nog een kwartiertje aan het kruis zien bengelen

Die reünie van de bevallings-pufcursus, daar was Ana Roëll bij met haar eenjarige kroost. Kroost is meervoud, maar ik denk dat ze gewoon een (schrijve 1) kind had. Ze nam het kroost mee naar het babytoneelstuk “Mèh” in Amsterdam. Ja, dat bestaat. Na afloop van de voorstelling mag het kroost vijftien minuten spelen in het decor. Leuk idee toch? Ik zou graag na afloop van Jesus Christ Superstar in het Nieuwe Delamar de theaterbezoekers nog een kwartiertje aan het kruis zien bengelen.

Keigoed. Keimooi. Keitip om ook eens heen te gaan, hoeft niet perse in Amsterdam

Bertie had niet in het theater maar in de zon gezeten, dus ja, dat was heel wat anders en ze voelde zich er gezond bij, want het is nog “te vroeg voor gevaarlijke stralen”. We helpen het haar hopen. En Suske merkte pas vorige week dat je voor het lezen van de ikjes eerst abonnee van de NRC moet worden. Tja, het is me wat, daar houden we op het internet niet van, betaalmuren en zo, verwende krengetjes dat we d’r eentjes zijn. Alhier kun je het ikje abonneeloos lezen, maar dan moet je er wel af en toe iets over zeggen, ze staan hier immers voor de review en niet voor het vermaak.

bonte revolutie binnen de crematiemuziek

Over vermaak gesproken: Trees Roose schrijft levensverhalen voor uitvaarten. Zodoende heeft ze “een beetje ervaring met de bonte revolutie binnen de crematiemuziek”. Huh? De bonte revolutie? Maakt Trees het bij haar uitvaartverhalen ook zo bont? Ze beschrijft die revolutie als volgt: “Live Tiroler jodelen, een cd vol denderend overvliegende ooorlogsvliegtuigen, rappende kleinkinderen: alles voor de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie.” Laatst sprak ze nabestaanden die gewoon Mieke Telkamp’s “Waarheen Waarvoor” wilden horen. En dat mocht. Die drie o’s in ooorlogsvliegtuigen ook; de NRC kijkt tegenwooordig zo nauw niet bij de ikjes.

En toen we het toch over het kerkhof hadden, dachten we met z’n allen natuurlijk onmiddellijk aan die andere Mieke, de controversiële ikjesauteur Mieke Kerkhof. Controversieel omdat ze volgens sommigen uit de spreekkamer klapt met haar verhalen. Natuurlijk doet ze dat nooit met naam en toenaam van haar patienten en altijd met hun toestemming, zo verzekerde ze mij ten overvloede nog weer eens vorige week in een emailwisseling. Wist ik toch! Maar goed, this is the internet en mythes en roddels blijven hier forever in stand. Mieke werd onlangs geïnterviewd in Mischa, da’s een radioprogramma in de nachtelijke uren. Het gesprek was alleraardigst en stond bol van de wetenswaardigheidjes over vrouwendingetjes.

de jonge vrouw kon haar hoofd niet meer bewegen

Jeroen Dijkmeijer schreef over een volleybalwedstrijd in een sporthal. Ja, waar anders, denk je dan als kritische lezer. De dierentuin? Er kwam op een gegeven moment een speelster van het belendende veld hun speelveld ingetuimeld. Het zag er heftig uit, de jonge vrouw kon haar hoofd niet meer bewegen. Een bezorgde teamgenoot stond er vlakbij. De gevallen vrouw probeerde wat te zeggen, maar haar stem ging verloren in het rumoer. Maar toen de bezorgde teamgenoot zich voorover boog verstond hij haar: hij stond op haar haren. Een hilarisch tafereel, alleen wat langdradig verteld, maar dat heb je wel vaker met ikjes. Lees trouwens “haar” in plaats van “haren“, het gaat immers om het kapsel en niet om de individuele haren. Scherpslijpertje dat ik me d’r eentje van jullie ben. Of mierenneukertje, spijker-op-laag-waterzoekertje, al naar gelang hoe jullie individueel gebekt en opgevoed zijn.

Het meisje met lange haren in kwestie aan de houten sporthalvloer vastgestampt door een wrede snodaard die niet in beeld wil en net zijn lompe voet heeft weggehaald – impressie van hoe het eruit gezien zou kunnen hebben, gegenereerd door AI artiest Heer Rozenwater

Een prachtig themanummer van Tekstblad (jaargang 30, 1e kwartaal van 2024) ging over de vraag “Hoe schrijf je een geslaagd ikje?” Het staat bol van de feiten, achtergronden en vooral tips van succesvolle ikjesauteurs. Keileuk geschreven ook. Ik ga daar zeker keiveel aandacht aan besteden, vermoedelijk tegen het einde van deze week. Onderstaand een voorproefje, ga voor het volledige artikel naar tekstblad.nl en neem een abonnement.

Martin Gerritsen liep met zijn vrouw te wandelen in het bos. Of zijn vrouw met hem. Ze hadden een routebeschrijving gedownload. De opdracht was “zijpaden negeren en op de eerste kruising van paden linksaf slaan”. Nadat ze een aantal zijpaden gepasseerd hebben denken ze in de verte een kruising te zien. Martin vroeg voor de zekerheid aan zijn vrouw: “Is dat een kruising?” Op dat moment passeerde er net een mevrouw met hond en die reageerde me toch een partijtje snibbig, joh! „Dit ís geen kruising, dit is een Franse bulldog ! Een Franse!” En ziedend verliet ze het bos, de kruising achter zich aan slepend, eh nee, de bulldog, de hond, de Franse.

Franse bulldog in het bos. Foto: Annija U op Pexels.com

En voor je het wist was het alweer zaterdag. Op zaterdag publiceert de NRC doorgaans de allermooiste, diepste ikjes. Waarom? Dan kun je er het hele weekend mee doen. Vorige week maakten ze een uitzondering. Ene Margreet Tordoir-Kreugel, nee die naam googelen we maar eens een keertje niet, deze is te gemakkelijk, vertelde in haar ikje dat ze als 12-jarige ooit foldertjes met seksuele voorlichting had ontdekt, verstopt achter een rij boeken in de boekenkast van haar ouders. Ze bestudeerde de inhoud aandachtig, samen met haar vriendinnetjes. Het advies aan de jongens, zo stond er in het foldertje, was om een liedje te gaan fluiten als ze een stijve piemel kregen. Nou, daar kregen de meisjes nog jaren daarna de slappe lach van. Ook Bertie moest er wel om lachen en ze vond het een aardig begin van haar weekend. Wij ook.

Wil jij net als Bertie, Suske, Heer Rozenwater en andere reageerders kans maken om in het volgende weekoverzicht voor te komen? Wil jij ook aardige vondsten debiteren naar aanleiding van ikjes? Wil je plezier hebben met lezers die voor je het weet goede kennissen van je kunnen worden? Misschien wil je een uitnodiging voor de jaarlijkse bijeenkomst van lezers van deze site? Of zeg je: doe mij dat maar allemaal?

Je kunt een uniek vrolijk viltje winnen als jouw reactie precies de 100e is

Doe dan aan deze leuke rubriek hier op deze leuke site mee. Ga eens wat ikjes lezen, die staan verstopt op de NRC, die krant die zo van lezersanekdotes houdt. Of stuur zelf een ikje in. Of scrol naar beneden en zeg iets. Dat mag met een fantasie-emailadres en ook met een nom de plume. Je kunt een uniek vrolijk viltje winnen als jouw reactie precies de 100e is. Of de 200e, 300e enzovoort tot in het oneindige. Of voor een ander aangenaam dingetje dat je hier op de site doet. Viltjes zat. Maar voel je je te goed voor zo’n viltje? Of ben je doodsbenauwd om je adres te delen met het blogbeheer? Helemaal prima, dan laat je dat – liefst discreet – even weten en dan gaat dat viltje naar iemand die het wel weet te waarderen. 

Voor je het weet kan een citaat van jou, een foto van jou, een wat dan ook van jou, een hoogtepunt van de week worden. Heb je inspiratie nodig? Raadpleeg de afleveringen van deze rubriek elders op dit blog. Ook een aanrader als je er even tussenuit bent geweest.

Bas van Vuren, aangenaam!

Reacties zijn welkom via het reactieveld, het contactformulier of een email naar bas@basvanvuren.org

Het wordt een prettige week. Als je vindt dat het geen prettige week moet worden, voel je dan vrij om elders te gaan buurten. Daar waar er meer zijn zoals jij. 

De foto helemaal hierboven – wij vakmensen noemen het de header image – laat traditiegetrouw een stukje offline leven van mezelf zien van de afgelopen tijd. Nou, jullie zien het wel. Ik had weer eens een literair tijdschrift uit de brievenbus gevist. Het Tekstblad, vakblad voor keigoeie tekstschrijvers en – liefhebbers. Er stond een omslagartikel in over hoe je goede ikjes schrijft. Ik heb het met rode oortjes gelezen en heel veel geleerd. Wat dan wel? Neem een abo, zou ik zeggen, de link staat hierboven liefst tweemaal in het artikel. Of wacht op de recensie van het artikel later deze week alhier op de site. Je zult er geen spijt van krijgen. Ook deze week – ik voel het gewoon – ga ik weer interessante dingen meemaken. Jullie ook? Laat je belevenissen achter in de reacties op dit blog. Hoeft niet literair. Foto: “Ikjes schrijven, hoe doe je dat?” © 2024 Bas van Vuren

Onbekend's avatar

Auteur: Bas van Vuren

Schrijver - Rijmer - Kijker - Kent beroemde mensen - Maakt liedjes en filmpjes - Doet iets met #ikjes - Want ja - Je moet toch wat

31 gedachten over “Te vroeg voor gevaarlijke stralen (ikjesrecensies editie 472)”

  1. Topsportniveau

    Eindelijk ga ik naar de sportschool. Ik sport nooit. Ik krijg een uitgebreide intake: bloeddruk, kracht, hartslag. Aan het einde van de intake zegt de instructeur: „Heb je vroeger aan topsport gedaan? Je hebt echt een topconditie.” Thuis, op mijn werk, aan mijn vrienden, overal vertel ik trots over mijn topsportprestatie. De week erop gaat het poortje bij de sportschool niet open. „Verhoeven…”, zegt de instructeur, „daar was wat mee… O ja, uw hartslagmeter was defect.”

    Ardienne Verhoeven

  2. Een niet onaardig begin van de ikjesweek. Geen dijenkletser maar dat hoeft ook niet. Dragelijk geschreven, dat is al heel wat vandaag de dag.

  3. Goed genoeg om de week mee te beginnen. Leuk voor familieavondjes.
    Goedemorgen.
    Bij uitzondering heeft het de laptop, of wie/wat dan ook, behaagd me te gehoorzamen en me je post toegezonden, Ik schrijf het maar effe netjes dan wordt het misschien blijvend. Of zoiets.
    Hulde!

  4. Leuk en … je bent de eerste!

    Qua notificaties: bij elk nieuw bericht krijg je een melding, daar heb je je ooit voor ingeschreven. Dat is dus eens per week op de maandag. Maar voor een notificatie bij elke nieuwe reactie op het bericht alhier, dus ook de volgende dagen bij nieuwe ikjes, moet je “dit bericht volgen” aanvinken. Toch? Of had je dat al gedaan?

    Sorry, ik vraag het maar voor alle zekerheid, in een ultieme poging om dit leed voor eens en altijd de wereld uit te helpen.

  5. Mieke Telkamp op mijn begrafenis laten horen zie ik echt niet zitten. Geef mij dan maar een of andere versie van “Smoke gets in your eyes” tijdens of na de crematie.

  6. Paard

    Regelmatig leid ik een kerkdienst in het zorgcentrum. Het gros van de bewoners is 75 plus en sommigen zijn verdwaald in het geheugen. Voor de dienst komt één van hen naar me toe, buigt zich vertrouwelijk voorover en fluistert: „Het paard gaat van stal!” Het gebeurt wel vaker dat een verward iemand zomaar iets roept. Maar dan bedenk ik dat hij ooit boer is geweest en kijk hem vriendelijk na. Even later schiet hij mij opnieuw aan. „Kent u de uitdrukking niet? Het paard gaat van stal.” Ik schud mijn hoofd en hij glimlacht: „Uw gulp staat open, dominee…”

    Cees Baan

  7. “Verdwaald in het geheugen …” Mooi gezegd. Had bij het Herinneringenconcert van de stichting Alzheimer Nederland niet misstaan.

    Qua uitdrukking over het paard dat van stal gaat houd ik het toch op “verward”. De boer weet niet meer precies waar de klepel hangt, denk ik. Maar goed, waar is Boer’nsmurf als je hem nodig hebt.

  8. En intussen doet het artikel in Tekstblad stof opwaaien. Ook onder professionele tekstschrijvers blijkt de rubriek springlevend. Da’s mooi.

  9. Dank je, Bertie. Ik zie net op de site van de NRC dat ik er al 11 ikjes op heb staan. Man man. Als ik een bril had dan zouden de glazen beslaan.

  10. Praatje maken

    Er worden in ons wooncomplex in Maastricht een aantal appartementen bij gebouwd.
    De bouwvakkers die daar mee bezig zijn komen uit Polen, Hongarije of Bulgarije.
    Een praatje maken gaat moeilijk. De ouderen proberen het met Duits, bij de jongeren wil Engels nog weleens lukken.
    Als ik de stukadoor voorzichtig vraag of hij ook al een beetje Nederlands spreekt, is het antwoord in onvervalst Maastrichts: „Mê jông…. al 62 joar”.

    Jan van Eyk

  11. Uitwisseling

    In Portugal raak ik in gesprek met een serveerster, die mij vraagt of ik Braziliaan ben. Ik vertel haar dat ik Nederlander ben maar ooit drie jaar in Sao Paulo heb gewoond. Wanneer ze hoort dat ik ook een aantal jaren in Eindhoven heb gewoond, wordt ze heel enthousiast. „Daar heb ik als scholiere gelogeerd bij een familie in het kader van een uitwisseling. Misschien kent u die mensen dan wel”. Als ik vraag naar de naam van die familie, zegt ze blij: „Jansen!”

    Ferdinand Crijns

  12. Het Portugees dat ze in Brazilië spreken is inderdaad tamelijk kenmerkend. Hoor je meteen dat het geen ABP is. Verder is het een huis-tuin-en-keuken vakantiegesprekje van niks. Je moet er bij geweest zijn, denken we dan en nemen nog een slok koffie.

  13. Gemiste kans

    In mijn V6-klas gaat het over de Oscarwinnende Hoyte van Hoytema. „Gaaf eigenlijk, zo’n naam”, zegt iemand. „In Franeker heb je het planetarium van Eise Eisinga”, weet iemand anders. En ook: „Had je in de Tweede Kamer niet die ene van D66? Sjoerd Sjoerdsma?” De hockeyfans joelen in koor: „Taeke Taekema!” Als ik wil uitleggen waar zo’n naam vandaan komt, roept iemand vanaf de achterste rij: „Gemiste kans dit, meneer. Waarom hebben uw vader en moeder u geen Otto genoemd?”

    Thomas Otte

  14. En Thomas hoort dit voor het eerst? Opvallend dat het de hele week al meer gaat over de naam dan over de prestatie van Hoyte, dat prachtige camerawerk. Had Jan Janssen daar nou ook last van toen hij in 1968 de Tour won?

  15. Internationaal

    Tijdens de wekelijkse lecture van mijn master, voerden we een discussie met alle internationale studenten en de professor. Het enige andere Nederlandse meisje uit de klas kreeg het woord. Ze vertelde, in het Engels, over de rol die de Europese Unie aanneemt in de Oekraïne-oorlog. De klas gevuld met internationals begon hard te lachen. Ze sprak namelijk vol zelfverzekerdheid over the European Onion.

    Santje Heinen

  16. Niet echt fijnzinnig om daarover hardop te lachen. Maar zo zijn ze, zo worden ze opgeleid en opgevoed. Later komen deze mensen in het parlement en het management.

    Maar goed, het zijn studenten en het meisje staat hopelijk niet op een bangalijst.

Ik vind er dit van: