Ik zou niet gaan (ikjesrecensies nr. 477)

Over ikjes en onsen

Hip en veilig. Gotisch. Kleurrijk. Licht verwijtend. Japans. Ouderwets. Dat bennen ze, die ikjes. Lees hieronder waarom dan wel. Of niet. Kijk maar.

Het vest was van Doortje

Als Tia Albers na een bezoek aan haar zus naar huis wil fietsen is het donker. En ze heeft er al een paar wijntjes in zitten. Tot overmaat van ramp regent het hard. Dus ja, ik zou zijn blijven logeren. Ware het niet dat manlief dan nog langer met de buurvrouw alleen kan zijn. Gelukkig komt de zus van Tia aanlopen met een hip veiligheidsvest, voorzien van lampjes. Ze snappen alleen niet hoe ze het aan moet trekken. Op de rug of schouders? Over een arm? Tia fietst uiteindelijk dan maar zonder vest naar huis. De volgende dag belt haar zus op. Het vest was van Doortje. Doortje is haar hond.

Best wel hilarisch toch? Tia was dus noch hip noch veilig naar huis gegaan. De kop sloeg weer eens nergens op. Bertie vond het ikje (want dat was het) een “lachertje om de week te beginnen”. Dat klopte, want dit was het ikje van vorige week maandag. Suske vond het leven op zo’n maandagmorgen al gek genoeg. Daar moet je eigenlijk geen ikjes bij hebben. Jan Sierhuis hoopte op pittige ikjes vorige week. Vermoedelijk raakte hij gaandeweg teleurgesteld. Dat horen we zo wel. Of niet.

Sint Jan Kathedraal in Den Bosch / Sint John’s Cathedral, Den Bosch
Genomen vanaf het terras, fotograaf zie Flickr op de link

Marieken van der Hofstad-Lurinks zat met haar moeder op een terras aan de voet van de Sint-Jan. Nou, dan weet je het wel, dan ben je eens een keer niet in Amsterdam. Aan het tafeltje naast hen strijken twee dames neer. Waren het duifjes? Nee, dames dus, maar kennelijk fladderend of poepend. De dames beginnen te praten. Da’s altijd geweldig, want dan hoor je als terrasgenoot nog wel eens een ikje langskomen. De ene duif legt uit dat de Sint-Jan een gotische kathedraal is en vraagt of de andere duif weet wat dat eigenlijk is, gotisch? Nou, zegt de ander al bijna in katzwijm van bewondering. “Al die ornamenten en die beelden die je daar ziet, dáár aan de buitenkant, die zijn állemaal gegoten.” Bertie bewees dat ze ook met streepjes over weg kan: “Zullen we Marieken geloven?
Het lijkt een beetje gemaakt. Hoewel…. het kàn waar zijn.”

Ook buiten Amsterdam gebeuren er tegenwoordig ikjes

Sieny Koopman was met haar vriendin in een grote modezaak in Friesland. Dus ja, de conclusie ligt voor de hand. Ook buiten Amsterdam gebeuren er tegenwoordig ikjes. Ze staat naast de paskamer op haar vriendin te wachten. Niet dat het ikje daarover gaat. Ze luistert een echtpaar af dat met de verkoopster aan het praten is. De vrouw blijkt naar een trouwerij te moeten met kledingvoorschriften. “Niet in lange jurk en broek” bijvoorbeeld. Daar kan ze inkomen, zegt ze raadselachtig, want ja, daar moet ze dus juist niet in komen. Maar goed, in de uitnodiging zat ook een kleurenstaal. Ze moet in pastelkleuren verschijnen. “Ik zou niet gaan” roept vriendin vanuit de paskamer en wij roepen het met ons allen met haar mee. Jullie ook toch? Wat een akelig paartje zeg, dat daar gaat trouwen.

De vader van Jacqueline Rutjens is onlangs overleden. Nou, dan weet je het wel. Dan gaan de nabestaanden aan de slag met het schrijven van lollige ikjes om de tijd te doden. Ze krijgen uit het ziekenhuis een plastic tasje met persoonlijke spullen mee en zetten na een week zijn mobiele telefoon aan. Op het scherm verschijnt direct een boodschap “op een licht verwijtende toon. „U heeft uw schermtijd gemiddeld meer dan 2 uur per dag minder gebruikt”. Nee, niemand van het ikjespanel en ver daarbuiten zag dat “licht verwijtende” ook.

En alweer zo’n mooi toepasselijk plaatje van AI Artiest Heer Rozenwater. Waar haalt hij ze toch vandaan?

En we liepen al weer snel op het einde van de ikjesweek aan. Soms duurt het lang, soms niet, net als alles in het leven. Annemarie Verhoef gaat met haar vriend zeven weken naar Japan en ze hebben als voorbereiding een vertaalcomputertje gekocht en ook wat Japans via een app geleerd. Ze weten kennelijk niet dat je in Japan heel goed in het Engels terecht kunt. En dat een Japanner op vakantie in de Keukenhof echt geen woord Nederlands probeert. Maar goed, Annemarie is erg ingenomen met zichzelf en valt in een onsen (een heetwater jacuzzi) zelfs een onbekende vrouw lastig. Annemarie vertelt haar ongevraagd dat ze uit Rotterdam komt. De vrouw kijkt verbaasd en verlaat snel het bad. Als Annemarie haar zin herhaalt op haar vertaalcomputer blijkt dat ze “Ik ben hier dood” heeft gezegd.

Allemaal niet zo erg, maar mensen toch, dat die vrouw wegliep is niet vanwege het gestuntel in het Japans, maar omdat ze er in het buitenland schijtziek van worden om aangesproken te worden door wildvreemde Nederlanders die denken dat ze in Disneyland zijn. Zeker als je net lekker in zo’n onsen zit, dan wil je toch niet zo’n Rotterdamse Miep die tegen je aan gaat zitten rijden? Houd die zeven weken afstand, betoon respect, zeker in Japan, dat stukje normen en waarden leren zou een stuk nuttiger zijn geweest dan een beetje Japans brabbelen via een mobieltje, Annemarie. Dat was het strenge oordeel van het ikjespanel, want ja, soms vallen er harde woorden. Dan moet je maar geen ikjes insturen.

Die zat misschien de aardappels te schillen in het stookhok

Het laatste ikje van de week was onbedoeld het meest hilarische. Tim Zeedijk zegt namelijk trots dat hij, vader van drie kinderen, “fel gekant” is “tegen alles wat met schermen en telefoons te maken heeft”. Hij vertelt vervolgens dat hij aan het ontbijt hardop voorleest uit een artikel op de Opiniepagina: „Ouders die stevige grenzen stellen aan smartphonegebruik ontzeggen hun kinderen niets. Ze geven hen juist iets: echte vrije tijd.” Zijn dochter Renée (8) gebogen over haar Suske en Wiske, reageert zonder op te kijken: „Ik wil geen vrijheid, ik wil een iPhone.” Wat dit natuurlijk hilarisch maakt is dat de goede man dus zelf de krant zit te lezen aan de ontbijttafel. En zijn dochter mag de Suske en Wiske wel op papier lezen, maar dus niet vanaf een schermpje. Mams komt in het verhaal niet voor. Die zat misschien de aardappels te schillen in het stookhok of moet haar mond spreken als vader spreekt.

Wil jij net als Bertie, Suske, Jan Sierhuis, Heer Rozenwater en andere reageerders kans maken om in het volgende weekoverzicht voor te komen? Wil jij ook aardige vondsten debiteren naar aanleiding van ikjes? Wil je plezier hebben met lezers die voor je het weet goede kennissen van je kunnen worden? Misschien wil je een uitnodiging voor de jaarlijkse bijeenkomst van lezers van deze site? Of zeg je: doe mij dat maar allemaal?

Je kunt een uniek vrolijk viltje winnen als jouw reactie precies de 100e is

Doe dan aan deze leuke rubriek hier op deze leuke site mee. Ga eens wat ikjes lezen, die staan verstopt op de NRC, die krant die zo van lezersanekdotes houdt. Of stuur zelf een ikje in. Of scrol naar beneden en zeg iets. Dat mag met een fantasie-emailadres en ook met een nom de plume. Je kunt een uniek vrolijk viltje winnen als jouw reactie precies de 100e is. Of de 200e, 300e enzovoort tot in het oneindige. Of voor een ander aangenaam dingetje dat je hier op de site doet. Viltjes zat. Maar voel je je te goed voor zo’n viltje? Of ben je doodsbenauwd om je adres te delen met het blogbeheer? Helemaal prima, dan laat je dat – liefst discreet – even weten en dan gaat dat viltje naar iemand die het wel weet te waarderen. 

Voor je het weet kan een citaat van jou, een foto van jou, een wat dan ook van jou, een hoogtepunt van de week worden. Heb je inspiratie nodig? Raadpleeg de afleveringen van deze rubriek elders op dit blog. Ook een aanrader als je er even tussenuit bent geweest.

Bas van Vuren, aangenaam!

Reacties zijn welkom via het reactieveld, het contactformulier of een email naar bas@basvanvuren.org

Het wordt een prettige week. Als je vindt dat het geen prettige week moet worden, voel je dan vrij om elders te gaan buurten. Daar waar er meer zijn zoals jij. 

De foto helemaal hierboven – wij vakmensen noemen het de header image – laat traditiegetrouw een stukje offline leven van mezelf zien van de afgelopen tijd. Nou, jullie zien het wel, ik liep weer eens te rennen. Als ik in Nederland ben is het al jaren mijn vaste favoriete loopje. Vanaf de kubuswoningen een rondje plas en dan onder het gejuich van een uitzinnige menigte de Coolsingel opdraaien. Lang geleden hield ik nog weleens in als er vanaf de kant aanmoedigingen werden geroepen met mijn naam, zo van “Hup Bas, je gaat lekker” en “Bas dit” en “Bas dat”. Dacht ik dat er een bekende in het publiek stond. Bleek mijn naam in keigrote letters op mijn startnummer te staan.  Ook deze week – ik voel het gewoon – ga ik weer interessante dingen meemaken. Jullie ook? Laat je belevenissen achter in de reacties op dit blog. Hoeft niet literair. Foto: “Rondje Rotterdam” © 2024 Bas van Vuren

Auteur: Bas van Vuren

Schrijver - Rijmer - Kijker - Kent beroemde mensen - Maakt liedjes - Doet iets met #ikjes - Want ja - Je moet toch wat

25 gedachten over “Ik zou niet gaan (ikjesrecensies nr. 477)”

  1. Trendy

    Onze volwassen dochter, opgegroeid in ons dorp, geniet van het stadse leven in Amsterdam. Ze volgt de modetrends en weet de nieuwste winkeltjes en leuke adresjes. We staan op het punt om met haar de stad in te gaan als mijn man thuiskomt van een dagje schuren en verven in het nieuwe huis van zijn vriend. Dochter complimenteert: „Je ziet er leuk uit, pap! Zo hip die Poverty-look!”

    Joke Erasmus-Kooiman

  2. Amsterdam is weer terug in ikjesland. Verder is het een typisch maandagmorgenikje, weinig kraak noch smaak, en we scrollen zuchtend en op beter hopend de nieuwe week in. Niet dan?

  3. Zelfs in Bretagne lees ik uw stukken heer van Vuren, maakt u zich geen daarover geen zorgen. En je (ik schakel toch weer over op je en jij) hebt volkomen gelijk. Kraak nog smaak.

    Voordat ik op reis ging moest ik nog snel even naar de tandarts en dermatoloog. Daar liggen in de wachtkamer tijdschriften die je normaal niet leest. Ik niet tenminste. De reden waarom ik hier over begin is omdat de ikjes een hoog Libelle gehalte hebben. Die heb ik namelijk even door kunnen bladeren. Ze lezen een beetje weg als een knipoog van de ene naar de andere lezer(es).

    Misschien wordt het deze week nog wat als het niveau Zeedijk wordt vast gehouden. Wie zal het zeggen? De lat mag wel op die hoogte worden gelegd dacht ik zo.

    Als de wifi een beetje meezit zal ik als correspondent uit Frankrijk van mij laten horen. Al was het maar om basvanvuren.org een beetje internationaal op de kaart te zetten.

    Au revoir!

  4. Twee vogels

    In de vroege ochtend fietsend langs park Het Loo hoorde ik in toevallige samenzang de roffel van een specht en de roep van een koekoek.
    Voor mij liep een jonge vrouw te joggen en toen ik haar passeerde kon ik het niet nalaten tegen haar te zeggen: „Mooi hé, die schijnbare cadans door twee vogels.”
    Zij draaide haar hoofd naar mij toe, haalde het bijna onzichtbare knopje uit haar rechteroor en vroeg vriendelijk: „Sorry, vroeg u wat?”

    Diederik Visser

  5. Adequaat antwoord op een impertinente vraag.

    De vrouw, net als bijna 18 miljoen andere Nederlanders onbekend voor jou, loopt in haar eentje met een oortje in door de natuur te joggen.

    Waarom, oh waarom, moet jij, vanaf je fietsje en met je opengeslagen regenjas perse een gesprek met haar gaan voeren, Diederik?

    Spreek het bandje van de Fenolijn van Vroege Vogels in als je het zonodig aan iemand kwijt moet, kennelijk bij gebrek aan een luisterend oor van huisgenoten, collega’s of vrienden.

    Die vrouw? Loopt er niet voor jou!

  6. Pissebedden

    Op de eerste werkochtend in het ecopark staan er een hoop kersverse vrijwilligers klaar. Er volgt eerst een rondleiding met een gids die ons alles vertelt over de honderden inheemse planten die er groeien. Later in het seizoen zullen schoolkinderen er les krijgen. Dan tilt de gids een grote houten plaat van de grond en vertelt vrolijk dat dit educatief materiaal is. Verbaasd tuurt een vrijwilliger naar de duizenden krioelende mieren en pissebedden die vluchten voor het daglicht en vraagt: „Wat moeten ze leren dan?”

    Anna Luten

  7. Hilarisch misverstand, zeker als je erbij bent.

    Gelukkig vermijdt Anna de overbodige slotzin dat het schaamrood op de kaken stond bij deze aspirant vrijwilliger.

    De man of vrouw wordt vast een topper, want hij of zij staat al keigoed in de belevingswereld van de aanstaande bezoekers.

  8. Mat

    „Laptops dicht, alsjeblieft”, vraag ik, als ik de les wil starten. Eén leerling gaat naarstig door met klikken en typen, ook na nog een keer vragen. „Wat is er zo belangrijk?” vraag ik haar. Geen antwoord.
    „Kan iemand haar laptop zachtjes dicht doen?” vraag ik. Een klasgenoot maakt aanstalten. De leerling ontploft: „Ik heb ’m bijna schaakmat, meneer, bijna!” Ik zeg: „Stoppen nu, die AI wacht wel op je.” Zij: „Nee, nee, dit is tegen meneer De Boer van wiskunde! Als ik win, krijg ik vanmiddag een punt extra voor mijn toets.”

    Thomas Otte

  9. Dat is uit het leven gegrepen, dat is uit het leven een greep. Kennelijk een voorval dat kan gebeuren vandaag de dag in een schoolklas in Nederland. Vroeger kreeg je met het rietje als je niet met je armen over elkaar zat.

    Goed verteld, Thomas krijgt er handigheid in.

  10. Zakjes

    Tijdens mijn bekkenbodemspreekuur zie ik, gynaecoloog, een vrouw die klaagt over een moeilijke stoelgang.

    Ik informeer of ze laxeermiddelen gebruikt en vraag: „Gebruikt u voor de ontlasting zakjes?”

    Zij antwoordt: „Nee, maar wel voor de ontlasting van mijn hond.”

    Pieternel Steures

  11. Den plaatser dank! Ik was even bezig. Heb je weleens.

    Van het ikje schoot ik spontaan in een lachstuip, toen ik het woord “gynaecoloog” in gedachten verving door “tandarts”. Dan had het ikje echt een toppertje geweest, nu is het een vrij matig geschreven misverstandje tussen hulpverlener en patient. Kijk eens bij Mieke Kerkhof, beste Pieternel, en begrijp dan hoe je dit een stuk beter zou kunnen opschrijven.

    Inhoudelijk puntje: ik zou die vraag naar “zakjes” ook niet begrepen hebben. Je kunt toch gewoon vragen of iemand laxeermiddelen gebruikt, ongeacht of die uit een flesje of een potje of een zakje komen of voor mijn part uit een tube? In het laatste geval goed uitsmeren op de geeigende plaats.

  12. Telwoorden

    Dat Nederlands een lastige taal is voor buitenlanders, realiseerde ik me weer eens in een gesprek met mijn taalmaatje. Hij kwam tweeënhalf jaar geleden uit Afghanistan en spreekt al behoorlijk Nederlands. Op de vraag hoelang hij al in Nederlands is, antwoordt hij „half drie”.

    Ferdinand Crijns

Ik vind er dit van: