Biologische kinderlokkers (232)

Ikjes, boeken, huisdieren, lepeltjes en de rommelmarkt

De dochter van Elena van der Hoorn heeft een nieuwe wekker. Ze staat op met langzaam opkomend licht en een merel. Op een goede dag gaat het ding een keer al om half vijf af. Mama Van der Hoorn brult razend onderaan de trap of ze het uit wil zetten. Slaperig klinkt het antwoord dat je al in de tweede zin zag aankomen: „Mam ga naar je bed, deze vogel zingt buiten in de tuin.” Jullie merken het al, het is weer de hoogste tijd om ikjes te bespreken, die lezersmopjes uit de NRC, en nog wat meer van die dingen, het nieuws en wat er zo al gebeurd is de laatste drie, vier weken. Ga er maar eens lekker voor zitten.

Dat ding hoort op het nachtkastje.

Mij deed dat ikje denken aan het loflied op de merel van mijn voorganger, of was het een lijster, maar da’s familie. En Lummel stond toen hij nog een lummeltje was elke ochtend om vijf uur op om zijn krantenwijkje te doen. Zonder wekker. Ja, waarom zou je ook? Dat ding hoort op het nachtkastje. “Mijn moeder stuurde echter geen ikje op naar de krant. Dank je ma!” voegde hij er aan toe.

Lees verder “Biologische kinderlokkers (232)”

Advertentie

De schuld van de bloemist (231)

Ikjes, bloggersnieuws, boeken en een paaslam

Beroepsschrijver Martin van der Jagt had weer eens een ikje verzonnen. Een kunstig opgebouwd plotje, waarin een misverstand over een kaartje bij een boeket bloemen voor gieren en brullen moest zorgen. „Veel liefs, blijven graag nog eens bij jullie slapen!”, stond op het kaartje dat hij zogenaamd aan zijn “nieuwe baas” gaf. En dat zogenaamd voor iemand anders bedoeld was. Het was allemaal de schuld van de bloemist.

Dit nooit meer, wist ik.

Vroeger hadden we John Lantings’ Theater van de Lach voor dit soort humor. Een bepaald publiek lachte zich er letterlijk de tranen in de broek om. Ik heb er in mijn vroegste jeugd een keer tussengezeten, in een zaaltje in een provinciestad. Met mijn ouders en nog wat aanhang. Vervolgens ben ik mijns eigen weegs gegaan. Dit nooit meer, wist ik. Hier hoor ik niet bij. En het was toen, in de garderobe van dat zaaltje, dat ik besloot te gaan studeren. Met het bekende gevolg dat ik nu cultureel een kei ben en een een blog als dit mag runnen en met een publiek als jullie in contact mag staan.

Uit dat publiek daar in mijn jeugd in die provinciestad bij de opvoering van het Theater van de Lach zijn een aantal jonge mensen uiteindelijk bij de NRC terechtgekomen. Bij de ikjesredaktie, de allerlaagste trede op de krantenladder, nog onder de schoonmaakploeg. Ze zitten er nog altijd.

Lees verder “De schuld van de bloemist (231)”

Sokken sorteren (228)

Over de natuur, TV, ikjes, boeken, reizen, gezondheid en muziek

Het belangrijkste dat ik afgelopen week heb gedaan is het sorteren van mijn sokken. Ik bleek er ruim over de vijftig paar van te hebben, in verschillende kleuren, allemaal in bolletjes gedraaid, sommige al meer dan tien jaar ongedragen. Zwart, grijs, bruinig, blauw, witte sportsokken, dure wandel- en skikousen. Zou iedereen op een regenachtige zondagmiddag moeten doen. Je knapt ervan op.

170403poep

Timmerark moest de afgelopen tijd weer regelmatig poepen. Zelf zou ik het niet kunnen: schrijven en me defaceren op het zelfde moment. Laat staan modereren en defaceren, al voelt het soms als hetzelfde. Het heeft met de juiste voeding te maken, en veel drinken. Dan ben je binnen de minuut klaar, doortrekken, hopla, doorgaan met het leven.

En aan de buitenkant blijven

Maar ik ken er zat, althans eentje, in real life, die boeken, tijdschriften, en de zaterdagkrant meenam. Zat rustig een half uur op de pot en dan moet je in de wachtrij maar raden wat het steunen veroorzaakt. Timmerark ontbijt met Zweedse yoghurt, banaan, twee mandarijnen, havermout, lijnzaad en ongezouten nootjes. En ik raadde hem aan niet te vergeten zijn billen goed af te vegen. Met een paar goed gemikte vegen, niet te veel druk, dan veeg je het erin. En aan de buitenkant blijven, nooit in de anus. Anders blijf je bezig.

Lees verder “Sokken sorteren (228)”

Een horizontaal stokje (223)

De Van Vuren Social Club: lezen, kijken, luisteren en ikjes

190204dikkeik

De Umwandlung naar een heus Kulturblog is hier in volle gang. We staan in de steigers! Niet dat we de ikjes geen aandacht meer geven. Maar als cultuur zien we ze niet meer. In het begin, ja, toen waren het pareltjes die zelfs een eigen dik boek opleverde, “De Dikke Ik”. En een Nederlandse bibliotheek, de Nationale meen ik, die verzamelde de ikjes zelfs in een databank. Want ze weerspiegelden voor later het wel en wee van de Nederlander.

Niet meer. De haarscherpe observatie is er nog wel, maar niet meer dan één- of tweemaal per jaar. Voor de rest zijn het inzendingen van would-be schrijvers die de redakties van de Donald Duck, Havenloods, schoolkrant, ANWB Kampioen en Arts en Auto weigerden. Als ikjesschrijvers wat minder de NRC zouden lezen, maar met hun tijd zouden meegaan, dan zouden ze hun ikjes wel op Snapchat zetten. Dan hadden die stukjes de levensduur die ze verdienen. Zo, dat is er weer even uit.

Lees verder “Een horizontaal stokje (223)”

Kaalgat en knetterbief (222)

Ikjes, boeken en jarretelles

Dit intro is korter dan dat van de vorige week. Waarom? Omdat de lezers hier de baas zijn. “Wat een lang intro” zei Pawi diplomatiekBertie noemde mijn werkstuk van vorige week een “lel van een intro”.  Maar Jokezelf maakte het het bontst. “Mijn hemel, wat een lange tekst!” riep ze uit. Dat ging nog, maar toen ging ze psychologiseren: “Had je lettervermicelli in je soep gedaan? Of is er iets anders aan de hand?” Nee Joke, ik had inspiratie. Duh. Maar het is goed. Ik houd het kort vandaag.

Ik vind het een heerlijk woord, de jarretelle.

Geen kaalgat

We leerden dat een dame zonder panty in Zuid-Afrika “kaalgat” loopt. Met dank aan Anneke Hei. En met dank aan Lummel weten we nu de oorsprong van het woord “panty”. Het woord panty is een afkorting van het Engelse pantyhose, letterlijk broekkous, opgekomen ten tijde van de minirok, vanwege redenen die ik niet hoef uit te leggen.

Geen knetterbief

Door de panty verdween de lange kous met jarretelle vrijwel uit het modebeeld en da’s wel weer jammer. Ik vind het een heerlijk woord, de jarretelle, zeker nu de jaren gaan tellen. Ik weet bijvoorbeeld ook nog wat kornet bief (spreek uit: ‘’corned beef”) is. Vlees met dikke zoutkorrels. Bij Bertie in de straat noemden ze dit “knetterbief” en haar buurjongetje lachte zich te pletter. Lief! Lees verder “Kaalgat en knetterbief (222)”

We willen het Leven in een enkele penseelstreek (58)

penseelstreekje“Beste reageerders, we willen graag een verhaal, een bon mot, een observatie, het Leven in een enkele penseelstreek. Bespaar ons toch de troosteloze notulen van het dagelijks leven als u niet echt kunt schrijven.” Aan het woord is De Schrijvende Rechter (DSR). En Gert-Jan Baan mocht het zich aantrekken. Hij schreef een ikje over familieruzies, qua pointe nog niet eens zo slecht: “Daar”, wijst ze, “daar woonden vroeger ook twee broers die hun hele leven met elkaar overhoop hebben gelegen. Ze zijn niet eens op elkaars begrafenis geweest.” 

“Dit ego-ruftje had zich ongetwijfeld soepel vermengd tussen de schraap- en kuchgeluiden. Eindoordeel: 3 (zegge: drie)”

Ook Peter Laarakker, voor het eerst naar een concert met zijn zoon, kon het er mee doen. Zijn ikje eindigde als volgt: Tussen de delen door (…) worden alle ingehouden kriebels met veel kabaal losgehoest. “Als ze dan toch zo’n herrie maken, kunnen ze net zo goed klappen”, is het droge commentaar van mijn zoon.” Voor Peter had DSR nog een extra woordje over: “Dit ego-ruftje had zich ongetwijfeld soepel vermengd tussen de schraap- en kuchgeluiden. Eindoordeel: 3 (zegge: drie)”

Lees verder “We willen het Leven in een enkele penseelstreek (58)”

%d bloggers liken dit: