Over wolven

 

Over wolven

 

Laten we het eens hebben over wolven

In sprookjes wordt je eronder bedolven

Ze vallen vrouwen aan onder het kolven

maar zijn ze nou echt zo gemeen die wolven?

 

De een zegt het zijn toch net lieve honden

Ik heb nog nooit iets rottigs over ze gevonden

De ander zegt ze vreten geiten

dat zijn natuurlijk wel de kille feiten.

 

We weten allemaal dat die zeven biggen

geitenspiesjes in de vriezer hadden liggen

Zelf ontsnapten ze dus de dodendans

Maar die geiten hadden geen enkele kans

 

Daarom ondanks die vieze zwarte haren

En die scheve gele ogen die zo staren

Vind ik zelf een wolf nog niet zo kwaad

‘t is het varken dat ik haat!

 

 

(op verzoek geschreven voor mijn neefje dat wolven haat)

CDAaaaaah

Wat hoor ik daar toch kreunen?
Wie zit daar zo te steunen?
Het moest niet mogen.

Dat gedogen.

Wat ik leer van meeuwen

Ik leer veel van meeuwen. Ze zijn er gewoon. Elke morgen weer zitten ze op de klif. Te kijken of er iets te eten is. Te kijken of er geen onraad dreigt. Te kijken of er wat te paren valt.

 Ze vliegen op. Laten zich door een luchtstroming ergens heen voeren. Alleen maar bijsturen, gebruik makend van de juiste wind. Waar dat heen is? Ze zien wel. En dan gaan ze weer op een andere rots zitten. Een schutting. Een paal. Het strand. Ze gaan gewoon ergens anders zitten. En kijken dan weer: eten, gevaar, liefde. meeuwzit

Ik zal het nooit echt zeker weten, maar ik denk niet dat ze zich zorgen maken. Dat ze een rothumeur hebben. Klagen over iets dat gisteren is gebeurd. Of bang zijn voor iets dat misschien vandaag gaat gebeuren. Zich afvragen waarom alles gebeurt wat er gebeurt. Ze zijn er gewoon.

Ze zijn gewoon.

Gisteren zag ik een grote zilvermeeuw met een krab. Da’s een hele maaltijd. Meer dan alledaagse kost. Meestal zijn het kleine hapjes hier en kleine snippertjes daar. Wat ie deed? Toestoten, pakken, niet laten vallen. En laag over de golven naar een veilige plek. Oppassen dat niemand hem zag. Half uurtje bezig geweest met openkraken en oppeuzelen. Kraaien op veilige afstand om de resten op te ruimen. Daarna? Snavel afspoelen in zee. En weer opvliegen. Dat was alles.

En vanochtend begon er weer een nieuwe dag. Van zitten. Kijken. Vliegen. Scoren. En doorgaan. Er gewoon zijn. Leven. Totdat het voorbij is er gewoon het beste van maken. Ik kan een voorbeeld nemen aan meeuwen.

 meeuwlucht

Aan de lijster

Aan de lijster

Ik heb een hekel aan de lijster
Zijn gezang boeit me niet bijster
plak zijn snavel toch af met een pleister.

 

 

lijster van drasties

 

 

 

Uit: Hard voor de Natuur, ©2010, Apiedapie, voorpublicatie, eerder verschenen op www.drasties.com, illustratie: onbekend, de rechthebbende mag zich melden en je weet maar nooit wat dat dan oplevert.