De leuter van DSK nader bekeken

Alles wat we over het kamermeisjesdrama in New York lezen gaat over de juridische, morele of politieke kant van de zaak. Belangrijke kanten! Maar ik wil even wat puntjes op de i zetten over de technische kant. Als dat mag. Het mag, want dit is mijn eigen blog.

Dominique Strauss-Kahn (DSK) is een man van 62 jaar oud. Wat er tussen hem en het kamermeisje is voorgevallen is beschreven in de media. Het gaat me er hier niet om of het bespringen gedwongen of vrijwillig is gebeurd. Als het gedwongen is, dan moet de man zijn straf krijgen. En als het vrijwillig was, dan is het terecht dat hij van zijn vrouw op zijn kop gaat krijgen en dat hij geen president van Frankrijk moet willen worden.

Technisch schijnt er het volgende te zijn voorgevallen:

1. DSK komt naakt uit de douche en grijpt het kamermeisje van achter bij de borsten, trekt haar panty omlaag, nou ja, jullie kennen het wel, die dingen die bij aanranding of ruige sex horen. Technisch kan dit allemaal. No problem;

2. DSK dwingt of verleidt haar tot orale sex (ze zegt “non“, maar bedoelt volgens hem “oui“?). Na gedane zaken spuugt zij zijn zaad op het tapijt. Kan! Let wel: blijkbaar dus geen condoom voorhanden, of in ieder geval niet gebruikt. Merkwaardig.

3. Vervolgens dwingt hij haar nogmaals tot orale sex. Hier ga ik twijfelen. De man is 62. Ze liggen er niet romantisch bij, pornokanaaltje op de flatscreen, knabbelnootjes. Niet nu eerst even wat bij haar doen en zo. Hij wil meteen nog een keer? Mevrouw kan nog een keer gedwongen worden? Of vindt dat nog een keer leuk? En DSK’s jonge heer staat onmiddelijk weer paraat? Dat gaat er bij mij niet in.

4. Maar nu wordt hij helemaal mooi: hierna dwingt DSK de kamermeid tot anale sex! Zegt ze. Dat is dus drie keer binnen, zeg, een half uurtje. Een man van 62. Ik ben een stuk jonger dan DSK, maar dit zou zelfs voor mij een topprestatie zijn, technisch gezien. En voor anale sex – ik heb het zelf nog nooit gedaan -moet de leuter toch echt in megaconditie zijn, mensen, gelet op de anatomische eigenschappen van de target.

5. Kortom, ik neem dit verhaal met een grote korrel zout, tenzij er bij DSK nog een flinke rest Viagra in zijn aderen vloeide. Maar daar was het een merkwaardig tijdstip voor, als je je voorbereidt op uitchecken, met je dochter lunchen en naar Europa vliegen.

Conclusie? Wat een beest van een man? Of wat een lulverhaal?

We zullen het waarschijnlijk nooit weten. Jammer dan. Ik hoef het niet te weten.

Moeders en vrouwen eren met het respect dat hen toekomt

We vieren moederdag met een brunch in New York. Chique Cubaans restaurant. Met de ober kletsen we over “Dia de las madres“, een dag waarop mannen hun moeders en vrouwen eren met het respect dat hen toekomt. Met waardering kijk ik mijn echtgenote na die is opgestaan om met ons zoontje naar het toilet te gaan. Prachtige vrouw.

“Komt u uit Cuba?” vraag ik aan de ober.

“Nee, Puerto Rico. Ooit geweest?” vraagt hij.

Op mijn ontkennende antwoord zegt hij: “Moet je doen. You will have a lot of fun! But you need to come alone …“.

En met een vette knipoog verwijdert hij zich naar de keuken.

Besluit

Het ontbijt op zaterdagochtend was weer ontaard in ruzie. Kleine dingetjes. Grote dingetjes. Alle irritaties van de afgelopen week passeerden de revue.

Daarna gingen we, zoals al jaren, samen naar de markt, alsof er niets gebeurd was. Mijn vrouw bestelde een kilo druiven. Terwijl de marktkoopman wegliep om ze te gaan afwegen, kwam een collega van hem vragend overeind.

“Horen jullie bij elkaar?”

“Nee”, zei ik.

Damestasjes: wat er allemaal in zit en wat er eigenlijk uit kan

Hier zien jullie de inhoud van de tasjes van drie willekeurige, leuke vrouwen. Het zijn vrouwen van verschillende leeftijd en temperament. En ditto tasjes. Die vrouwen leegden hun tasjes spontaan ten behoeve van de wetenschap (prof. Beus, die hier in zijn blog op het Vkblog van 12 februari 2011 verslag van deed).

Deze slideshow vereist JavaScript.

Met alle begrip en zelfs liefde voor de vrouw in het algemeen, wil ik hierover graag een observatie delen. Als dat mag. En die observatie is dat ik zelf de dingen die je op de foto ziet niet meesjouw en toch heel erg gelukkig ben.

Ligt dat aan mij? Of aan de vrouwen (m/v, want ook mannen en heren kunnen handtasjes met zich mee slepen). Lees dus hieronder overal “(m/v)” achter “vrouw” of “dame”.

Deodorant: doe ik alleen ’s morgens, het busje blijft thuis.

Spiegel: ik kan overal in een spiegel kijken.

Kam/borstel: je hebt ook vingers.

Zakdoek: kan in de zak (zoals het woord al aangeeft).

Portemonnee: waarom zijn alle vrouwenportemonnees die ik ken drie tot vier keer zo groot als de mijne? Hebben ze meer geld, creditcards? Nee. Er zitten allemaal fotootjes, kassabonnen en andere onduidelijke papiertjes in. Geen geld.

Bril/zonnebril: kan aan een touwtje om de nek, of (wat ik bij het juiste vrouwspersoon erg sexy vind) omhooggeschoven tot boven het voorhoofd, op het haar dus. Probeer maar eens, dames. Het resultaat is misschien verbluffend.

Ik zie ook nog wat vochtinbrengende crême-pjes liggen, die gebruik ik dus ook ’s ochtends, en ik kan er dan weer 24 uur tegenaan, misschien afhankelijk van het merk.

Naaigarnituur: tja … hoe vaak komt dat dan nog voor? Dat je ineens een knoop moet aanzetten? Voor die 0,005% kans sleep ik dat niet met me mee elke dag.

Verder zie ik nog een dikke agenda, daar hebben de vrouwen een punt, hoewel ik mijn afspraken en contacten in mijn mobieltje heb opgeslagen (handig als je hem verliest, dan begin je een geheel nieuw leven, met minder maar nieuwe vrienden).

(By the way: van maandverband, tampons en inlegkruisjes wil ik afblijven. Die hoeven niet de hele maand mee trouwens, maar dat weet de gemiddelde vrouw vast wel, wij mannen hebben niets vergelijkbaars, of het zou misschien pruimtabak moeten zijn)

Sleutels: waarom hebben alle damessleutelbossen die ik ken tenminste drie keer zoveel sleutels als de mijne? Je kunt de meeste thuislaten, zeker die waarvan je vergeten hebt op welke deur ze passen. Huissleutel, fiets- of autosleutel, en eventueel sleutel van deur of bureau van je werk .. dat is alles. Drie sleutels, daar hoeft bijna niet eens een ring om. Laat die rest thuis, mensen.

Autopapieren zijn tegenwoordig zo klein dat je ze kunt opvouwen en in je, eh, portemonnee doen. Of thuis laten, meneer de politie vindt het niet fijn, maar je gaat echt niet naar de gevangenis, hoor. Maar wat doen vrouwen? Die nemen ze allemaal mee, en ze willen er dan een apart leren mapje omheen, met extra gleuven en vakjes, en wat gaat daar dan weer in? Papiertjes! Onduidelijke papiertjes. Die vaak niks met de auto te maken hebben. Zelfbeheersing, dat is waar het op aan komt.

Visitekaartjes: Neen! Dat is zooo 2007. Als iemand je contact details wil hebben dan stuur je hem ter plekke even een sms of email met je smartphone, en hij (m/v) antwoordt dan, zodat je weet dat het is aangekomen. En je ook zijn (m/v) gegevens hebt. Visitekaartjes worden weggegooid, zo niet dezelfde dag dan na een paar weken bij het uitmesten van … de tas.

Condooms: Een of twee in de portemonnee is echt genoeg. Een heel pak meenemen is grootheidswaanzin. Kan ook sneu worden als het pak een te lange tijd niet wordt opengemaakt. Of zelfs over de houdbaarheidsdatum raakt.

Zakmes: kan ook aan een touwtje, of in je zak als je die hebt. Zie verder zonnebril/zakdoek.

Aansteker: twee of drie lucifers en een aanstrijkpapiertje (geknipt van luciferdoosje), meer heb je echt niet nodig.

Snoepjes/snacks: voor jezelf ongezond, voor een ander teveel van het goede, laat ze hun eigen eten menemen. Je bent geen bagagedrager (©Aad Verbaast).

Boek: als die in je tasje past dan is het een flutboekje, lees liever een goed boek. Thuis of op een bankje. In het laatste geval boek onder de arm meedragen, zodat iedereen ziet wie jij bent.

Fototoestel: heb je niets aan, als er iets gebeurt leggen tientallen mensen het om je heen met hun mobieltje vast.

Het enige voorwerp dat ik hier op de foto’s zie staan, en waarvan ik zeg, hé, ja, dat zou inderdaad handig zijn om die in een tasje dagelijks met me mee te voeren is dat wijnglas.

Valentijnsversje

In ons restaurant in het Franse stadje
at mijn tafelgenoot worst met een patatje.
Om ons heen was het Sint Valentijnsfeest.
Nooit was het lokaal zo romantisch geweest.

Ik at mijn foie gras met heel veel zin.
De Sint-Jacobsschelpen gleden er zachtjes in.
Ik bestelde een karafje rode Bordeaux
maar ook zijn cola met een rietje stond er zo.

Je t’aime”, stond er op de servetjes.
Nee, niet snuiten, dat is niet netjes!

Toen de koffie met het koekje werd geserveerd
vroeg hij zacht “Pa, wat doen wij nou verkeerd?
Mama houdt toch ook van lekker eten?
Waarom is ze ons alletwee vergeten?”

“Jongen”, zei ik met doffe stem
“Je moeder is veel gelukkiger met hem.”

Gedicht op aanvraag van Plopje, zie drasties. De prozaversie staat hier. Engels? Hebben we ook: Valentine Dinner.

Valentine Dinner

The restaurant owner in our French village had made an effort. Pink paper hearts on the walls. Romantic light. Sweet music.

The restaurant was sold out. Happy couples, young and old, around us. Flirting teenagers. Dads and mums without their children. And older couples: ‘monsieur’ in suit and tie, ‘madame’ in her best dress.

The foie gras was delicious. I ordered a glass of Bourgogne. And a cola. The coquilles St. Jacques – well cooked in butter sauce – went down with ease. So were the french fries and the saucages. It was a beautiful evening.

“Je t’aime”, was printed on the napkins. “Don’t fold an airplane out of these”, I warned with a smile.

When I drank my coffee and cognac, he reached out for my cellphone. “Can I call mummy? See where she is right now?”

“Sure dude, go ahead” I said and looked somewhere, beyond the ceiling.

Valentijnsdiner

De restaurantbaas van ons Franse dorpje had zijn best gedaan. Roze kartonnen hartjes. Romantisch licht. Zwoele muziek. De zaak is uitverkocht. Jonge en oude stelletjes om ons heen. Zwijmelende pubers. Papa’s en mama’s zonder kinderen. En oude paartjes, met ‘monsieur’ in driedelig pak en ‘madame’ in haar beste jurk.

De foie gras is heerlijk. Ik bestel een ‘demi pichet’ Bourgogne. En een cola. De Coquilles St. Jacques, boterzacht, glijden naar binnen. En de frietjes en de worstjes.

Het is een prachtige avond. “Je t’aime”, staat er op de servetjes.  Nee, geen vliegtuigje van vouwen, glimlach ik.

Als de koffie wordt gebracht, pakt hij mijn mobieltje en vraagt: “Mag ik mama bellen? Kijken waar ze nu is?”

“Ja, jongen, dat is goed”, zeg ik en kijk in de verte.

Ook verkrijgbaar in dichtvorm, als versje dus, en in het Engels.

Morgen is het de hele dag Valentijnsdag op Apie’s blog

In Mumbai leerde ik mijn levensles (13, slot)

Heel langzaam voelde ik weer dat er een wereld was. Ik werd wakker. Hoe laat het was wist ik niet. En dat wilde ik ook niet weten. Ik bleef stil liggen. En voelde een loomheid die best weleens Geluk zou kunnen zijn. Volkomen ontspannen. Rustig. Blij. Tevreden.

(Dit is een vervolgverhaal. De vorige aflevering staat hier)

Een flinterdun lakentje bedekte mijn naakte lijf. De airconditioning ronkte. Wat een nacht! Ik kon alleen maar dommig grijnzen. Een lang weekend Mumbai. Het leek een belachelijk idee. Maar het was op een life-changing event uitgedraaid.

Goed en kwaad, zo wist ik nu, zijn overal. Groot en klein. Het zit in iedereen. Wat je ermee doet, bepaal jezelf. Je kunt het kwaad proberen te begrijpen. Maar daarmee komt het bij je binnen. Met de angst. Of je kunt het observeren en gewoon erkennen dat het er is. En dan je eigen leven leiden. Wel alert zijn, maar niet bang. En zorgen dat je zelf, in je eigen kleine wereldje, in ieder geval het goede doet.

Ik had verbondenheid gevoeld. Ervaren hoe het is om met andere mensen te zijn. Ook al ken je ze niet. Je verbonden weten door gedeelde waarden als respect, fatsoen, liefde, normaliteit, en weten dat die bij de grote meerderheid horen.

Ik had ook weer eens, en het was niet de eerste keer, gemerkt hoe gemakkelijk ik me uit het veld kon laten slaan door vervelende gebeurtenissen. Agressie van anderen. Egoïsme. En weer had ik het allemaal veel te diep naar binnen laten gaan. Bijna had ik weer eens ervaren dat je je leven helemaal zelf kapot kunt maken door een te snelle reactie. Eén keer wegstampen bij je geliefde. Eén verkeerde email. Eén verkeerd woord, één verkeerde grap. Als je pech hebt, dan kan het voorbij zijn. Onherstelbaar.

Ik had de vrouw van mijn dromen ontmoet, en ik was gewoon bij haar weggelopen, vanwege niets, vanwege wat ballonnetjes. Waarmee zij niet eens iets te maken had! Als ze me niet – opnieuw – was gevolgd, dan zou ik haar verloren zijn. Voorgoed. Ze had zomaar uit mijn leven verdwenen kunnen zijn.

Slechtheid moet je niet willen begrijpen, want als het je lukt, dan word je zelf slecht, in ieder geval ga je er een stapje dichter naar toe. Het hertje moet alert zijn en weglopen als het nodig is. Dat is alles. En dan weer dooreten.

Oh, wat een nacht. Ja, ik had dus ook nog eens de vrouw van mijn dromen ontmoet!!! En … ze wilde een kind van me! Hoe vreemd het ook klinkt. We kenden elkaar nog maar 24 uur. Het was een heel sterk gevoel, zei ze, en ze had me met haar donkere ogen zo diep aangekeken dat ik er duizelig van werd. Yeah!!! En we leefden nog lang en gelukkig …

Ik draaide me zacht knorrend om en tastte naar haar heerlijke warme zachte lichaam.

Maar ze was weg. Ik lag alleen op het queensize bed. Ik keek op mijn nachtkastje. Mijn horloge was weg. Mijn gouden kettinkje. Mijn portemonnee, paspoort, camera, laptop … alles. Zelfs de luxe zeep- en shampooflaconnetjes uit de badkamer waren verdwenen. Het lege rieten mandje lag op zijn kop. Het deurtje van de mini-bar stond open. Leeg. Nog geen Beefeater had ze me gelaten. De TV was er nog, maar de afstandsbediening was ook weg. Alles!

“Strong! Super strong. Look!” galmde het in mijn hoofd.

De ballonnetjes had ze laten liggen.

Zucht, wat een roteinde. Het vorige deel (12) staat hier. En dit is dus het slot. 😦 Op drasties liep het beter af. Maar hier moet de waarheid regeren. Hoe triest ook. The End dus.

In Mumbai staarde ik naar Larry King (12)

Ik lag in mijn hotelkamer, in het Renaissance hotel in Mumbai. Alleen op het queensize bed. Suf naar CNN te staren. Larry King Live.

 

Ik nam nog een flesje Teachers uit de minibar. Het was de laatste. Voor de rest stonden er wat onduidelijke miniatuurtjes aan de binnenkant van het deurtje. Waarom al die andere rommel en maar twee flesjes van wat je echt nodig hebt? Wat moet je met een speelgoedflesje Bordeaux? Wat moet je met die smerige Beefeater? Wat moet je met vieze nootjes waar iedereen al in heeft zitten knijpen? Wat moet je met zo’n stom ronkend koelkastje? In tijden van depressie wil je iets anders. Je wilt een echte fles whisky. En je wilt … roken!

Ik gaf een harde trap tegen mijn rolkoffertje dat naast het nachtkastje stond. Roken? Dat was meer dan vijf jaar geleden! Dat doen we dus niet. De trolley lag op zijn kant. De modderige wieltjes draaiden nog na van het geweld. Het trieste tafereel werd weerspiegeld in de spiegel van de kast.

Als ik nu ga roken, dacht ik, dan is het afgelopen. Dan rook ik zo weer twee pakkies op een dag. Ik was zo trots. Ik voelde me zo goed. Dat gaan we niet doen. Ik draaide ‘room service’ en hoorde mezelf een pakje Marlboro light bestellen (met lucifers).
Soms doe je, als je diep in de put zit, steeds dommere dingen. Je weet dat je het doet. Je weet dat je het niet moet doen. Je weet dat je ermee op moet houden. En je weet dat je het kunt. Maar toch doe je het niet. Je kunt gewoon niet stoppen. En je zakt steeds dieper weg. In zo’n stemming was ik. Er was geen houden aan.

De telefoon ging. Ik nam niet op. De telefoon ging weer. Ik liet hem helemaal uitrinkelen. Jakkes, wat een lelijke man, die Larry King.

Er werd op de deur geklopt. Ik hees me overeind. Daar kwamen de sigaretten. Met een chagrijnige grom deed ik mijn kamerjas aan. Ik keek door het kijkgaatje en deed de deur open.

Daar stond mijn vriendin! Mijn droommeisje uit Mondegar. Mijn redding. Mijn wijs, wijs meisje. Ze zei niets. Teder kuste ze me op de lippen en duwde me op het bed.

Liefde, lieve mensen, overwint alles. Zolang mensen elkaar nog kunnen beminnen zoals wij die nacht, zolang is er nog hoop. En leven.

We zijn nu bijna klaar. Dit is het twaalfde en voorlaatste deel uit de serie. Deel elf stond hier. Deel 13 (slot) hier. En het is dus echt anders geworden dan de vroegere versie van drasties.  Let maar op. Hier wordt de waarheid verteld, hoe beschamend die misschien ook is.
Lees dit ook op mijn vkblog. Maar waarom zou je, het is hetzelfde.